Community
![Afbeelding](https://boktimg.nl/img/m/6gHXCr.jpg)
Stoeterij Sollenburg, de trots van bokker misterA.
Foto: misterA
Beste fokkerijliefhebbers.
De Bokt Nieuwsredactie vroeg mij om wat te vertellen over mezelf en over onze stoeterij.
Ik ben niet gewend om veel over mezelf te vertellen, des te meer praat, luister, kijk en lees ik graag over de fokkerij van dressuurpaarden en alles wat daarbij komt kijken.
Ik ben misterA, de A staat voor Adri, velen van jullie kennen me waarschijnlijk wel als de man achter Stoeterij Sollenburg.
Opgegroeid op het melkveebedrijf van mijn ouders in Ouderkerk aan de Amstel, vond ik het al prachtig om de geboorte van kalfjes, biggetjes en lammeren mee te maken. Boer worden, dat was mijn wens en dan met name dat deel, de fokkerij. Om bij de geboorte te staan, het pasgeboren kalf of lammetje op te zien groeien en stiekem al proberen te ontdekken of er overeenkomsten te zien zijn tussen kalfje en moederkoe. Een koe was heel handig om mee te beginnen. Immers het eerste en meest in het oog springende was toch de kleur en de aftekening. Waarom was een kalfje roodbont terwijl de moeder zwartbont was, evenals de vader? Zou ze groter worden en net zo dominant in de koppel? Het was al opvallend dat je soms alleen al aan de vorm en kleur van de horens de afstamming kon herkennen.
We werkten op het land met paarden. En eigen paard en een zgn. hooibouwpaard. Een uitzendkracht, zeg maar die we in de zomerperiode in gebruik kregen van een akkerbouwbedrijf. Een Zeeuws trekpaard. Ons eigen paard was een Gelderse, toentertijd een luxe landbouwpaard. Ze heette gewoon Bruin en ze was mijn oogappeltje. Die twee samen, dat werkte niet. Een trage dommekracht en een vuurvretertje in span voor een 2-paards maaimachine bijvoorbeeld. Trekkracht 60-40 maar inzet en werkverzet was het omgekeerde. Ook daarover dacht ik dan na. Mijn buurman fokte ieder jaar een veulentje bij zijn merrie. Dat vond ik zo geweldig om te zien en ik vroeg dan ook aan mijn vader waarom wij geen veulentje fokten. "Dat is heel lastig met het werk te combineren dus dat doe je later zelf maar." Dat heb ik blijkbaar goed in mijn oren geknoopt.
![Afbeelding](https://boktimg.nl/img/m/Qu4UKI.jpg)
Veulen fokken "doe je later zelf maar" zei de vader van misterA. En dat doet hij nu met succes! Elitemerrie Danza Solleburg
(Vivaldi x Zantana Sollenburg) met haar veulen Mademoiselle (v. Ferguson). Dit veulen is intussen zelf een elitemerrie.
Foto: misterA
De boerderij waar ik opgroeide stond aan de oever van de Amstel en heette Sollenburg. Inmiddels is ze gesloopt. De naam gaat terug naar 1650. Aan de Overtoom in Amsterdam stond in de 17e eeuw een buskruitmolen met die naam. Na een zware explosie mocht die molen niet meer op dezelfde plaats herbouwd worden omdat deze in de Amsterdamse bebouwde kom stond tijdens de ontploffing. De molen werd herbouwd in de Ronde Hoep, dit is een heel bekende polder onder Ouderkerk. Nadat de buskruitproductie stil kwam te liggen is de zgn. rosmolen, dus een molen aangedreven door paarden, gesloopt en op die plek is onze boerderij gesticht, inclusief de bijbehorende landerijen. In de jaren tachtig lag een groot deel van onze grond in een toekomstig natuurgebied. Dus werd de stap gemaakt naar een geheel nieuwe locatie in Zuidelijk Flevoland, dicht bij Almere. De naam "Sollenburg" hebben we meegenomen. Na een vrij korte periode stopten we met de melkveehouderij als gevolg van uitbreidingsplannen van Almere. Dus dat was 2x verplaatsen in een periode van nog geen 20 jaar. (Over een betrouwbare overheid gesproken)
Inmiddels had ik een knappe merrie aangekocht als rijpaard voor onze dochters. Daarmee wilde ik gaan fokken maar andermaal werd me dat verboden. Wat doe je dan? Nu maar een merrie opzoeken en dan helemaal voor mezelf. Een advertentie in IdS, het ledenblad van het KWPN, attendeerde me op een 4-jarige merrie, een dochter van Ferro. Ferro was toen zelf met Coby van Baalen heel succesvol in de sport. Dus op een avond in maart 1999 kocht ik Lady Liwanda. Een zwarte merrie en het was donker. Toch is het goed gekomen. Lady heeft inmiddels alle KWPN-predicaten die er zijn, behaald.
![Afbeelding](https://boktimg.nl/img/m/1uZ5x2.jpg)
Drie generaties merries: Lady Liwanda (links), de eerste stammoeder van Stoeterij Sollenburg, genietend in de wei met haar
dochter Rapsody (midden, v. Krack C) en kleindochter Walzing Mathilde (rechts, v. Jazz, dochter van Rapsody).
Foto: misterA
Over geluk gesproken. En een heel klein beetje inzicht...
Je hebt beiden nodig in de fokkerij. Daar ben ik wel achter gekomen.
Starten met een merrie uit een top stam? Dat valt niet mee. Wat is een top stam? Het KWPN was toen nog maar net begonnen met het opbouwen van een betrouwbare database met fokwaarden. Er zat nogal wat ruis in. Dus er kwam zeker het nodige geluk bij kijken om een goede start te kunnen maken. Zoals ik al eerder zei, fokkerij kreeg ik met de paplepel ingegoten. Maar met melkvee is dat toch een ander verhaal. Emoties mogen eigenlijk geen rol spelen, het gaat direct om het resultaat. Met koeien is erfelijkheid ook veel beter meetbaar. Een liter melk is overal een liter melk, daar komt geen jury aan te pas.
Genetica is een wetenschap. Uitsluitend alles wat erfelijk is is van belang!!! Weinig ruimte laten voor "het gevoel". Dat gevoel, de emotie komt later wel. Als je fokproducten gaan opvallen op keuringen of in de sport.
We fokken ieder jaar een 12-tal veulens. Onze merries stammen uit 5 lijntjes. De stammerries kwamen uit niet echt bekende lijnen. Dat waren twee dochters van Ferro, een dochter van Elcaro, een dochter van Falco en een dochter van een Z-vader, een jonge Voltaire.
Soms denk je dat de ene lijn gaat overheersen, echter een paar jaar later zie je dat een andere merrielijn ineens komt opzetten. Nu bijvoorbeeld de lijn van Ninda, de Elcaro dochter.
Hoe kom ik tot een hengstenkeuze?
Heel in het kort. Aan de hand van de fokwaarden van hengsten maak ik een shortlist. Met relatief duidelijke ondergrenzen. Dit zijn 135 Voor dressuuraanleg, 110 voor beweging en exterieur, met in de onderbalk duidelijke verbetering voor alle 3 de basisgangen. Daarnaast een ruim voldoende D-OC waarde en vrij van op dat moment bekende erfelijke aandoeningen. Ook stalondeugden probeer ik te vermijden. Vervolgens combineer ik met behulp van de database de hengst met de merrie. Uitgangspunt is dat ik niet toegeef op de kwaliteit die een merrie heeft, met andere woorden, bijvoorbeeld, een goede galop moet ook goed blijven. Het is geen kwestie van compenseren. Dan heb je een kans dat de 9 voor galop ook een 7 wordt. Of de hoogtemaat van 6 naar 7 gaat, dus een paard dat nergens meer in uitblinkt.
![Afbeelding](https://boktimg.nl/img/m/DydkOn.jpg)
De KWPN goedgekeurde hengst Electron, gefokt door misterA bij Stal Sollenburg,
hier op 4-jarige leeftijd
Foto: misterA
Heel streng selecteer ik op het karakter. Omdat ik veel met jonge hengsten dek zijn veel eigenschappen bij de hengst zelf nog niet altijd zichtbaar. Daarom is voor mij vooral maatgevend hoe een hengst zich laat zien tijdens de gehele selectieprocedure. Rijdbaarheid en instelling is voor mij toch het best te beoordelen tijdens het verrichtingsonderzoek.
Daarvan kan ik wel wat voorbeelden noemen. Hengsten als In Style, Just Wimphof, Total U.S, spraken mij erg aan.
Maar bovenal Vivaldi! Deze hengst benadert vrijwel geheel mijn fokdoel. Hij heeft onze fokkerij een enorme boost gegeven. De oudsten lopen inmiddels GP en Inter II. Van de 9 bij ons geboren merrieveulens zijn er 8 minimaal Elite geworden, de negende vanwege de stap net niet. Wel Ster EPTM en PROK.
In combinatie met mijn merries die vrijwel allemaal Ferro-bloed voerden was dit een super match.
Ook een paar van de zonen en kleinzonen van Vivaldi pasten goed op onze merries.
Al vanaf het begin kijk ik ook naar hengsten van over de grens. Het meest succesvol was Fidermark. Dat heeft me twee top fokmerries gebracht. Met de D- lijn had ik wat minder succes, ze pasten niet zo op de toenmalige merries met veel springbloed in de afstamming.
Helaas heb ik zelf nooit serieus paardgereden. Dat gevoel mis je bij de hengstenkeuzes. Ik laat me daarom ook veel adviseren over de sportaanleg van mijn merries en de daarbij passende hengsten. Vaak kan ik daar wel wat mee. Vooral zonder een goede betrouwbare fokwaarde zoals hengsten van andere stamboeken, geeft dat extra informatie.
![Afbeelding](https://boktimg.nl/img/m/SxdNiB.jpg)
De tweejarige merries van Stoeterij Sollenburg in de wei. Elk jaar fokken misterA en zijn team ongeveer 12 veulens.
Foto: misterA
De Bokt nieuwsredactie stelde me verder nog de volgende vragen:
Heb je nog goede tips voor beginnende fokkers?
Kijken, luisteren, naar ervaren fokkers en vooral ook bijwonen van keuringen en fokkerijbijeenkomsten. Vooral met een dosis scepsis. Een beetje overdrijven is in de fokkerijwereld ook niet geheel onbekend. Nogmaals, fokkerij is een wetenschap. Daar is ook studie voor nodig.
Begin wel met een goede merrie, karakter en beweging staan bij mij op nummer 1 en 2. Een oude bekende zei toen ik begon met de fokkerij van paarden: "Lopen doet verkopen'."
Waar ben je het meest trots op? Of blij mee?
Op de mooie plek die we mogen beheren. Op gezondheid. Op alle fijne mensen die ik heb mogen leren kennen in de fokkerijwereld. Samen kunnen werken met goede collega's en hengstenhouders. Waarschijnlijk bedoelde de redactrice: “Welk fokkerijsucces ben je trots op?”
Uiteraard op onze goedgekeurde zelf gefokte hengsten. En op alle NMK-merries en keuringskampioenen. En ook op de meer dan 10 G.P. geklasseerde fokproducten.
Heb je nog wensen en toekomstplannen?
Jazeker, aan ambities nog geen gebrek. Nog eens een KWPN goedgekeurde hengst, een Nationale Kampioensmerrie, dat zou ik helemaal geweldig vinden. En ooit nog eens een paard op de Olympische spelen of de WK.