Tijdens de wereldruiterspelen (WEG) wordt in acht disciplines bepaald wie zich de komende vier jaar wereldkampioen mag noemen. Het gaat om de Dressuur, Endurance, Eventing, Para-dressuur, Reining, Springen, Vierspan en Voltige. Polo en Horseball zijn demonstratiesporten. We stellen elke sport kort aan je voor. Meer informatie over alle sporten vind je in de Wiki.
Een vierspan bij het mennen bestaat uit een koets met daarvoor vier paarden, twee aan twee voor elkaar ingespannen. Vroeger werden paard en wagen gebruikt om lasten te vervoeren, werden paarden ingezet om schepen op de binnenvaart te verplaatsen en trokken ze de zware landbouwvoertuigen, of werd er een kar gebruikt voor vervoer van lichte goederen. Ook in oorlogstijd werden paarden ingezet om materieel te vervoeren. De wagens werden in de loop der tijd steeds meer aangepast aan het gebruiksdoel. Door meer vraag naar comfort werden de wagens langzaam omgebouwd naar overkapte koetsen waar meerdere personen in vervoerd konden worden. Zo zijn vele typen rijtuigen ontstaan. Deze combinaties werden ingezet als bijvoorbeeld postkoets. Paarden werden eigenlijk vroeger veel meer ingespannen gebruikt dan onder het zadel. Daarmee lijkt mennen een van de oudste paardensporten te zijn. Mennen kunnen je doen met een enkelspan, tweespan, driespan (troika), vierspan, achtspan, tandem, rendem, quadrem en klavertje drie.
Bij het Vierspan is de menner geconcentreerd op zijn paarden, maar hij heeft evenveel aan de twee mensen die achter de wagen zitten of, bij de marathon, hangen. Zij dienen op het juiste moment hun gewicht aan de juiste kant van de wagen te brengen om de paarden en de wagen optimaal door het parcours heen te krijgen.
De competitie bestaat uit drie onderdelen; dressuur, marathon en obstakelrijden. Bij de dressuur wordt over het algemeen een andere koets gebruikt, bij de marathon wordt een marathonwagen ingezet. Deze is lichter en de menner zit meestal in het midden. Bij de dressuur zit de menner rechts op de bok. Het dragen van een cap (bij de dressuur een hoge hoed) is verplicht.
Vierspan op de WEG Op de Wereldruiterspelen (WEG) wordt alleen een vierspancompetitie gehouden. Bij Vierspan staan er voor de wagen vier paarden, twee aan twee. De wagen is bij deze sport een lichte marathonwagen. De vierspanwedstrijd vindt plaats in Caen op de racebaan van La Prairie. Een gedeelte van de marathon gaat door de stad zelf.
Bij de dressuur rijdt de menner met zijn aanspanning een proef in een baan van 100 meter x 40 meter. Deze proef dient uit het hoofd gereden te worden en duurt negen minuten. Tijdens de dressuur wordt er gelet op de snelheid, overgangen, de voltes die in verschillende groottes gereden worden en het halthouden. Er zijn vijf juryleden. De maximale score die een menner kan krijgen is 250 punten. Vervolgens worden de punten die een menner daadwerkelijk krijgt afgetrokken van deze 250 punten. Het aantal dat hier uitkomt zijn de strafpunten die de menner meeneemt naar de volgende ronde. De dressuur vindt op donderdag 4 en vrijdag 5 september plaats.
De marathon is vooraf uitgezette route en bevat verschillende natuurlijke obstakels. De menner dient, zo snel maar wel zo correct mogelijk, zijn aanspanning door dit parcours te loodsen. Het parcours bevat scherpe bochten, heuvels en diepe plassen. De menner zal zijn aanspanning ook door een labyrint heen moeten loodsen. Van belang is dat de menner zijn paarden in het juiste tempo en onder controle weet te houden. De paarden dienen fit te zijn en volharding te tonen. De marathon vindt op zaterdag 6 september plaats. Elke vijf minuten vertrekt er een aanspanning. De marathon is verdeeld in vier onderdelen. Het eerste deel is de warming-up. Gedurende 8 kilometer bepalen de menners zelf de gangen van hun aanspanning, maar hij of zij mag maximaal twee minuten onder de aangegeven tijd komen. Het tweede deel is de herstelfase. Gedurende 1 kilometer mag er alleen maar in stap gereden worden. Het derde deel is een verplichte rustfase van 10 minuten. In het laatste deel bepaalt de menner zelf de gangen gedurende 10 kilometer, echter dienen de laatste 500 meters in stap of draf afgelegd te worden. Het is in deze fase dat de aanspanning acht obstakels tegenkomt. Deze obstakels dienen zo snel mogelijk genomen te worden. Elke seconde dat een aanspanning zich in een obstakel bevindt wordt getimed. Deze tijd wordt opgeteld bij de strafpunten van de dressuur.
Het derde onderdeel is obstakelrijden. Bij dit onderdeel rijden de menners tussen pionnen door. Elke pion heeft een balletje. De menner mag de pionnen niet raken, want dan valt het balletje eraf. Op zondag 7 september begint het obstakelrijden om 08.00 uur en eindigt om 13.05 uur. Een uur voor de wedstrijd begint mogen de menners het parcours verkennen. De menners dienen tussen 20 sets van pionnen te rijden, welke 1.90m uit elkaar staan. Hiermee is er 30cm ruimte in vergelijking met het breedste deel van de wagen. Er staat een maximale tijd voor het rijden van het obstakelparcours. Ervaring leert dat deze meestal erg krap staat. Voor elke bal die van de pion afvalt krijgt de menner drie strafpunten. Voor elke seconde die over de tijd gegaan wordt, wordt een half strafpunt opgeteld bij het totaal.
De winnaar (individueel en team) is diegene met de minste strafpunten.
Juryleden: Klaus Christ (Duitsland) (voorzitter), Andrew Counsell (Groot-Brittannië), Gerrit Kraai (Nederland) (reserve), Joaquin Medina (Spanje), Anne-Marie Turbe (Frankrijk), Pia Skar (Denemarkten).