Adriana van Tilburg
Topfokkers uit Holstein bespreken hun visie.
Hengelo – Op zaterdag 13 december organiseerde de DBFS een forumdiscussie met Holsteiner topfokkers in het van der Valk hotel te Hengelo. Met Otto Boje Schoof, Prof. Hartwig Schmidt en Alf Bartholomäus had de Dutch Breeders Foundation of Showjumpers (DBFS) drie erkende en succesvolle paardenfokkers uit Schleswig Holstein naar Hengelo gehaald.
Otto Boje Schoof heeft naast Cento ook de Verbandshengsten Nekton en Clearway gefokt, met Nekton is de F lijn weer terug gekomen in Holstein (hier kom ik later op terug). Clearway v. Capitol komt uit de topmerrie Wodka II, die ook de gekeurde hengsten Conway I en II v. Caretino en Arturo v. Athlet Z bracht. Daarnaast bracht ze de internationale sportpaarden Chika’s Way v. Caretino en Carassina v. Concerto II.
Prof. Hartwig Schmidt heeft naast Corland de hengsten Acolord v. Acorado, Landetto v. Landgraf (BWP ambassadeur), Laurin v. Ladalco en nog vele meer gefokt allemaal uit stam 104A. Uit deze lijn komen veel internationale sportpaarden die terug gaan op de merrie Ibylle v. Moltke. Zij komt uit de beroemde Retina v. Ramzes die met Fritz Thiedemann internationaal sprong en de Hamburger Derby in 1959 won. Op dit moment is het meest bekende springpaard de merrie Corradina v. Corrado, zij won recent met Carsten Otto Nagel de Riders Tour. Op de Holsteiner keuring van 2008 had Prof. Schmidt de unieke ervaring om van twee goedgekeurde hengsten de fokker te zijn, dat zijn; Cantolino v. Canto a. d. Paoletta v. Acorado-Lord (stam 104A) en Singulaer v. Singulord Joter-Contender-Silvester (stam 242).
Alf Bartholomäus heeft een minder lange geschiedenis als fokker. In 2004 had hij succes met de merrie Resi v. Lancer II, gefokt uit zijn Capitol x Merano merrie uit stam 18A2. Deze merrie werd kampioen bij de 3 jarige merries en liet daarmee honderd merries achter zich, die uit 750 merries geselecteerd waren uit heel Holstein. Haar halfbroer Discovery v. Calando I loopt internationaal in de VS. Ook hij heeft twee merries uit stam 1916 op stal staan. Bijzonder interessant is een halfzus van van het internationaal succesvolle springpaard Controe, die onder Marco Kütscher als één van de meest succesvolle Holsteiners telt. In zijn jongere jaren heeft hij gewerkt op hengststation Siethwende, waar Landgraf I en Cor de la Bryere gestationeerd stonden. Daardoor had hij veel contact met goede fokkers die met hun beste merries naar dit station kwamen, hier heeft hij veel geleerd.
Toelichting Chika’s Way en Corradina.
Voordat de sprekers vragen konden beantwoorden lichtte Jac Remijnse twee succesvolle paarden toe. Uit de fokkerij van Otto Boje Schoof namelijk Chika’s Way en uit de fokkerij van Prof. Schmidt Corradina. Beide springen internationaal; Chika’s Way onder Janne Friederich Meyer en Corradina onder Carsten Otto Nagel. Ter ondersteuning van deze toelichting had iedereen het tijdschrift Sport Horse Breeding gekregen met daarin een artikel over de moederlijn van Chika’s Way. Ook ging het boek “Contendro Stamm 104 A” rond, daar staat een heel stuk in met foto’s over de moederlijn van Corland. Jac Remijnse vertelde hoe deze twee succesvolle stammen van de twee paarden zijn opgebouwd en dat het daardoor niet toevallig is dat een rij aan internationale sportpaarden uitkomen. (zie introductie over de fokkers).
Gezondheid in de fokkerij.
Een belangrijk thema tijdens dit forum was de gezondheid in de Holsteiner fokkerij, er wordt veel gesproken binnen Nederland over het niet gezond zijn van de Holsteiner paarden. Prof. Schmidt;
- “De hengsten voor de hengstenkeuring worden allemaal geröntgend en deze foto’s liggen klaar voor eventuele kopers ter inzage. Men kan zelf de keuze maken met de hengsten. Ik zelf laat alle merries röntgen voor dat ik ze laat dekken, hiermee weet ik voor mijzelf wat ik in huis heb. In één van mijn merries zit een chip, maar die is voor mij te waardevol om te verkopen.
Toen ik begon met paarden fokken had ik loopstallen zonder verharde ondergrond, hierdoor waren de beenstanden niet altijd naar mijn tevredenheid. Ik heb nieuwe stallen gebouwd met een gedeelte alleen beton, hier voer ik de paarden ook. De helft van de dag brengen de paarden door op de harde ondergrond, hierdoor is de kwaliteit van het fundament dusdanig verbeterd. De paarden uit mijn lijn zijn gezond maar laatrijp. Ik had nooit durven dromen dat Corland en Corradina het zo ver zouden schoppen.”
Otto Boje Schoof;
- “Ook de fokmerries moeten röntgenologisch in orde zijn, de genetica is een belangrijke factor voor het fokken van gezonde, langlevende en duurzame sportpaarden. Een paar jaar terug liet ik de paarden röntgen als ze anderhalf waren, hier kwam voor mij te weinig informatie uit, omdat ik paarden heb die langer tijd nodig hebben om uit te groeien. Daarbij kwam ook voor dat de paarden op de leeftijd van anderhalf een bemerking kregen, die bij de latere onderzoeken verdwenen was. Hierdoor laat ik mijn paarden nu röntgen wanneer ze drie zijn.
De omgevingsfactoren zijn voor mij van wezenlijk belang. Wanneer worden de veulens geboren? Veel mensen krijgen veulens eind februari/maart, maar dat is absoluut niet optimaal, omdat de veulens de meeste tijd in de box doorbrengen. Een ander belangrijk punt is; Op wat voor weide komen de veulens? Ze hebben veel mineralen nodig voor het opgroeien, de soort van bemesting van het land kan hier aan bijdragen en ook het nodige bijvoeren van de veulens speelt een belangrijke rol. De opfok is ook van wezenlijk belang, de opgroeiende paarden moeten één keer per dag kunnen vrij bewegen en gek doen. Gebeurt dat niet regelmatig dan zijn ze te fris en daarmee verhoog je de blessurerisico.
Ik vind het zeer interessant de studies te volgen die er zijn over de fokkerij van paarden, hier kan men veel informatie uithalen ter voorkoming van OCD.”
Alf Bartholomäus;
- “Ik wil bij de paarden droge gewrichten zien, dat vind ik belangrijk. Als de merrie zelf een chip heeft vind ik niet een al te groot bezwaar, maar mochten de nakomelingen slecht zijn op de röntgen dan haal ik ze wel uit mijn fokkerij. Gezond en hard zijn op de benen vind ik belangrijker dan röntgenbemerkingen. Er zijn paarden met een chip die top presteren. Voor mij is de klinische keuring belangrijker dan röntgen.”
Bloedspreiding – teveel Cor de la Bryere?
Hoe wordt er gekeken naar de inbreng van verschillende hengstlijnen en naar het percentage Cor de la Bryere bloed?
Prof. Schmidt;
- “Cor de la Bryere is niet meer te voorkomen in de paarden, hij zit in alle paarden, bij Capitol gebeurt dit nu ook. Inteelt is niet het grootste probleem, wel dat men de laatste 20 jaar het beste fokmateriaal naar het buitenland heeft verkocht.
We moeten juist proberen de beste paarden te behouden. Door de verkoop heeft men in Holstein een kleine populatie met inderdaad veel Cor de la Bryere bloed. Door teveel Cor de la Bryere bloed duiken er problemen op die de hengst zelf niet had, zoals paarden die te grof zijn.”

Cumano vertegenwoordigt de drie grootste hengstenlijnen;
Cottage Son xx, Ladykiller xx en Cor de la Bryere
Foto: http://www.sjoert.com
Otto Boje Schoof;
- “De fokker kan niet op alle prestatie- en typeonderdelen gelijktijdig gaan selecteren, je moet geluk en gevoel hebben. Er komen altijd nieuwe lijnen in de fokkerij, bijvoorbeeld met Diamant de Semily brengen we een nieuwe Selle Francais (SF) lijn binnen bij Holsteiner fokkerij, de Quidam de Revel lijn krijgt steeds meer betekenis en de Ladykiller xx lijn zorgt voor de nodige variatie. Hengstenlijnen moeten eenvoudig weg passen bij de Holsteiner fokkerij. Bijzonder de volbloed die heeft in het verleden vaak bruikbare eigenschappen in de Holsteiner fokkerij geïntegreerd.”
Alf Bartholomäus;
- “Er komen misschien problemen met teveel Cor de la Bryere. Men loopt vast op te weinig genetische variatie. Een combinatie die veel wordt gemaakt is Cor de la Bryere x Capitol en daarbij weer een hengst uit de Cor de la Bryere lijn. Het inteelt percentage komt hierdoor te hoog.”
Met Nekton brengt Otto Boje Schoof de F lijn weer terug in Holstein door Farn. Hierdoor heeft men natuurlijk ook weer meer genetische variatie. Er werden verder nog veel meer vraagstukken behandeld, maar het is voor Bokt te uitgebreid om daar op in te gaan en om het leesbaar te houden. Zoals bijvoorbeeld de volgende vragen. Wat is het verschil tussen Hannover en Holstein? Wat is belangrijk bij de aankoop van een fokmerrie? Waar kijkt men naar bij het interieur/karakter van een paard? Was het uitsluiten van Hannoveranen en Trakheners maar het toelaten van volbloeden, was dat belangrijk? Wat gebeurt er wanneer we geen volbloeden meer gebruiken? Wat is het verschil tussen Cor de la Bryere en Quidam de Revel en andere SF hengsten?
Met elkaar wisten we er een interessante middag van te maken, waarbij de grootste dank uitgaat naar de drie sprekers uit Holstein.