[***] schreef:damian23 schreef:[***], je traint "balans".
Jij ook bedankt

. Het is lastig. Vaak gaat de contragalop erg makkelijk, dus dan zou je denken dat mijn paard goed in "balans" is, maar eerlijk gezegd denk ik zelf dat, dat nog niet het geval is.
En daarbij moet ik opmerken dat in de rechtergalop contra een stuk soepeler gaat dan in de linkergalop.
Beste Afab,
ik denk, puur op basis van wat ik hier lees, dat je de contra galop beter even laat voor wat hij is (tenzij jouw paard zonder dat je het weet al een zekere basisverzameling aankan).
Ik ga eerst even punten aanwijzen die ik in een aanverwante post rond de contra galop heb gemaakt (http://www.bokt.nl/forums/viewtopic.php?f=105&t=976935&start=175) dat handelde over een vraag of de contra galop een methode was om paarden correct te leren aanspringen.
XaiverB schreef:Even back to basics:
- alle kracht die wordt gegenereerd voor de voortbeweging van het paard, komt van de achterhand, nooit van de voorhand.
- biomechanica van de gallop: de gewone gallop is een drie takt beweging met zweefmoment: buiten achterbeen, buiten diagonaal en binnen voorbeen. Het grootste deel van het gewicht wordt tijdens de gewone gallop gedragen (eigenlijk voortgerold) over de diagonaal, waarbij het binnenachterbeen het gros van dat gewicht dient te dragen. Het buitenachterbeen (dat uiteraard ook een deel van het gewicht draagt) werkt eerder stuwend. Dat wordt biomechanisch bewerkstelligd doordat het binnenachterbeen (dat samen met het buitenvoorbeen op de grond komt) meer moet onder treden.
- In principe: een rechter hand galop in linker buiging moet nog steeds dezelfde karakteristieken vertonen als een rechterhand galop in rechter buiging. Dat wil zeggen dat in beide gevallen het linkerachterbeen de galop moet initieren en de linkerdiagonaal de galop moet dragen. Het rechterachterbeen moet dus in beide gevallen voldoende ondertreden om het gewicht van het paard te dragen. Dit is echter moeilijker voor het paard, aangezien dit been nu moet ondertreden tegen de buiging in.
...
- Wanneer paarden nog niet voldoende zijn getraind om dit been tegen de buiging onder te brengen, dan moet het gewicht worden gedragen door het linkervoorbeen. Dit is hoogst problematisch omwille van diverse redenen:
* ten eerste wordt de voorhand belast, terwijl we net meer gewicht naar de achterhand willen brengen
* door deze belasting van de voorhand, worden de voorbenen vastgezet op de grond, wat de wendbaarheid van het paard in het gedrang brengt
* daardoor wordt de natuurlijke balans van het paard verstoort, die meer op de achterhand moet liggen. Verder bestaat het grote gevaar dat het paard zijn balans volledig verliest wanneer het zwaartepunt voorbij de linkerschouder zal vallen (iets wat in contragalop veel sterker wordt gestimuleerd)
De reden waarom ik afraad om verder te gaan in contragalop is om twee redenen:
1. De kans is groot dat jouw paard op de binnenschouder valt tijdens de contragalop.
2. Het gevaar bestaat dat jouw paard zich op termijn zal laten verleiden tot een contragalop dan een linkerhand galop
Waarom merk je zo een beduidend verschil. Wel dat heeft te maken met de rechtheid van jouw paard en vooral met betrekking tot een ongelijkheid in de achterbenen. Uit jouw verhaal leid ik af dat jouw paard wellicht linksgebogen is (trouwens het grootste deel van de paarden zijn linksgebogen) waardoor het linkerachterbeen stijver is. Wanneer je galoppeert op de rechterhand, betekent dat dat het rechterachterbeen als onderdeel van de diagonaal verder intreedt dan het linkerachterbeen, wat het paard comfortabel vindt daar dit zijn dragende been heeft. Op de linkerhandgalop moet hij net zijn stijve achterbaan verder laten ondertreden, wat hij minder aangenaam vindt. In contragalop wordt dit ondertreden nog een pak bemoeilijkt doordat de betreffende binnenachterbenen nu tegen de lichaamsbuiging in dienen onder te treden.
Wanneer kan men contragalop gebruiken? Wel ik ben er persoonlijk nog niet over uit of contragalop een goede oefening is. Er zijn immers voor en nadelen. Het voor de hand liggende nadeel is dat we een tegenovergestelde buiging gebruiken voor een bepaalde gang en volgens mij verstoort dit de eigenlijke Schwung van de galopbeweging daar de impulsie van de achterbenen, die in galop asymmetrisch worden aangewend nu op de rugspieren inwerken die een tegenovergestelde buiging hebben.
Niettemin wil ik het gebruiken van contragalop zoals ze mij bekend zijn even duiden:
1. Als hazensprong voor 'flying lead changes'. Wanneer het paard er niet in slaagt om een 'flying lead change' uit te voeren omdat hij de coördinatie niet onder de knie krijgt, kan een contragalop werken omdat het de transitie in buiging loskoppelt van de transitie in de achterbenen, terwijl het paard een groter discomfort ervaart terwijl hij in contragalop loopt en daarom wordt gestimuleerd om de lead change te maken naar de comfortabelere galop aan de andere zijde.
Deze oefening wordt uitgevoerd als volgt: Het paard wordt eerst bevestigd in de correcte galop op een cirkel (de correcte galop dient steeds eerst op beide zijden zeer grondig bevestigd zijn). Deze cirkels worden bij aanvang van iedere oefening eerst een aantal keer gereden zodat het paard steeds bevestigd blijft in de normale galop. Vervolgens wordt in een 8 patroon één cirkel in contra galop gereden om daarna terug een twee- tot drietal cirkels in normale galop te rijden (zodat de normale galop steeds de dominante gang blijft, het is essentieel om dit te herhalen). Vervolgens wordt tijdens de contragalop cirkel omgeschakeld naar de gewone galop op de andere hand door de correcte hulpen te geven. Vervolgens wordt deze gewone galop op de nieuwe hand bevestigd. Van daaruit kan men de oefening wederom herhalen naar de andere hand toe, of de oefening herstarten op de eerst gevraagde hand.
Vervolgens wordt de omzet naar de gewone galop vroeger en vroeger in de contra galop cirkel gevraagd, totdat er geen contragalop meer is, maar het paard de 'flying lead change' bij het wisselen van de cirkels uitvoert. Eenmaal de flying lead change lukt, wordt de contra galop ook niet meer gebruikt.
In deze oefening start je steeds vanuit de galop op de holle kant (maar waar het stijve achterbeen dieper moet ondertreden) naar de stijve kant.
Let op: deze oefening behoort niet tot de basisopleiding van het paard. In de basisopleiding is contragalop uit den boze.
Let op: deze oefening werkt op de coördinerende aspecten van het paard. Zorg ervoor dat het paard doorheen het andere werk eerst fysiek in staat is voor flying lead changes
Let op: zorg dat je eerst zogenaamde 'simple lead changes' kunt maken waarbij je kort teruggaat naar draf om vandaaruit de galop op de andere hand te initiëren.
Let op: dit is een redmiddel met betrekking tot coördinatie. Het nadeel aan deze oefening is dat de contra galop niet volkomen correct. We aanvaarden deze suboptimale situatie om te soelaas te bieden ten aanzien van het coordinatie probleem van het paard. Het aannemen van de contra galop is daarom een zeer tijdelijk redmiddel. Indien het paard de 'lead changes' op andere manier kan aanleren (gebruikmakend van travers overgangen bij het wisselen van buiging) dan is dat een meer verkiesbare methode.
Gymnastiserend en daarom recht richtend effect van contra galop
De contra galop kan inderdaad gymnastiserend werken ten aanzien van het achterbeen dat dieper onder treedt als een onderdeel van de diagonaal. Het werkt in principe volgens dezelfde logica als de travers waarbij een buitenbeen tegen de buiging intreedt en daarom meer wordt gegymnastiseerd en door de stimulatie van de gluteus spier wordt ook verzameling geïnitieerd. De travers in gewone galop werkt immers enkel in op het buitenachterbeen in de gedaante van het initiërende achterbeen (namelijk het eerste been die de takt van de galop uitmaakt). In contra galop wordt dit buitenbeen het achterbeen dat verder ondertreedt en deel uitmaakt van de diagonaal. Daar dit been nu tegen de buiging in onder treedt wordt dit nu verder gegymnastiseerd en vooral de gluteus spier van dit been sterk gestimuleerd.
Het is belangrijk te benadrukken dat dit enkel kan wanneer de achterbenen voldoende zijn getraind om zo een onderkomen te bewerkstellen. Indien dat niet het geval is verliest men zowel impulsie als rechtheid. Indien het achterbeen niet voldoende onder kan intreden valt het gewicht van het paard op het diagonale voorbeen, wat men vaak ziet bij zij die contra galop te vroeg gebruiken.
Let op: ik blijf mij vragen stellen of de omgekeerde buiging geen schwung problemen veroorzaken en daardoor de locomotie nefast beïnvloeden en spanning veroorzaken doorheen het paardenlichaam. Mensen die hier meer inzichten over hebben gelieve die te delen.
Let op: deze oefening vereist reeds een grondige training van het paard. Ten eerste dient het paard grondig te zijn getraind in stap en draf en alle laterale buigingsoefeningen in deze gangen kunnen uitvoeren. Ten tweede moet ook de travers in de galop goed zijn bevestigd. Ten derde moeten de spieren van de achterhand reeds degelijk zijn ontwikkeld. In die zin kan ik mij moeilijk inbeelden dat een paard dat zich nog niet op een basale manier kan verzamelen op een degelijke manier kan contragaloperen zonder dat het gewicht op de binnenschouder zal vallen.