
Evenals rechtop zitten. Zweep achter mn ellenbogen.
Wellicht dat daar de stoelzit en geholde rug wel vandaan komt. Achteraf best erg eigenlijk.

Moderators: Coby, balance, Dyonne, Sica, C_arola, Neonlight, Firelight
S_en_Z schreef:Ik kan me de tijd nog wel herinneren dat ik 11 was en mijn instructrice mn beugels vastbond aan mijn singelWaarom? TENEN NAAR BINNEN.
Evenals rechtop zitten. Zweep achter mn ellenbogen.
Wellicht dat daar de stoelzit en geholde rug wel vandaan komt. Achteraf best erg eigenlijk.
FahyaFemke schreef:MWM dat is ook precies mijn vraag, ook aan de KNHS. ik meen ergens eens iets gelezen te hebben over dat het bit tegen de onderkaak wordt aangelegd..maar ik kan dat niet meer terugvinden. misschien dat iemand hier weet wat ik bedoel?
idd karin ziet er mooi uit, dat van het 'dragen' zie ik ook wel ja, maar is hij ook daadwerkelijk dan zwaar in de handen?
ik heb ook op jonge leeftijd touwen aan mn beugels gehad, deze werden dan aan elkaar vastgemaakt onder de buik, zodat mn tenen naar binnen stonden, auw
MyWishMax schreef:Wat is de reden dat de KNHS zegt dat je geen aanleuning kan hebben zonder bit?
Citaat:Wanneer het bitloos rijden integreren in de reguliere dressuur vormt het begrip aanleuning en de beoordeling daarvan een probleem in vergelijking tot het beoordelen van combinaties met bit. De aanleuning volgens het scala van de africhting zoals de KNHS dit hanteert in navolging van de FEI is een ander soort aanleuning dan die verkregen door het rijden met een bitloze optoming. Volgens de principes van de internationale discipline dressuur kan de ontwikkeling van het paard tot een Happy Athlete verkregen worden door gebruik te maken van een bit. Deze manier van rijden heeft een bit nodig omdat een paard daarmee nek- en kaakgewricht voldoende los kan maken om te komen tot het einddoel. Paarden kunnen wel met een bitloze optoming nageeflijk worden en druk op de teugel geven, maar ontspanning van nek- en kaakgewricht zal niet volledig zijn.
Hierdoor ontstaan substantiële verschillen tussen combinaties die rijden met bit en combinaties die rijden zonder bit. Belangrijk voor de KNHS is aansluiting te behouden bij de internationale discipline dressuur. In het FEI reglement staat opgenomen dat het paard het bit moet accepteren. Het accepteren van het bit is een heel belangrijk aspect voor het goedgaand paard. Criteria die beoordeeld wordn door de jury om te kijken of het bit geaccepteerd wordt zijn oa.:
- of het paard afkauwt op het bit
- licht schuimt
- of het bit recht in de mond ligt
- of de mond gesloten is (als de mond open is acce[teert het paard het bit niet)
- of de tong opgetrokken is of uitsteekt.
Bij bitloos rijden kunnen deze criteria niet beoordeeld worden.
FahyaFemke schreef:idd karin ziet er mooi uit, dat van het 'dragen' zie ik ook wel ja, maar is hij ook daadwerkelijk dan zwaar in de handen?
Citaat:3. Aanleuning/nageeflijkheid
Nageeflijkheid is ‘losgelatenheid’ in nek en kaakgewricht, ontstaan vanuit een vermeerderde
ondertredende achterhand.
Onder aanleuning wordt verstaan de licht verende druk op de teugel die het paard aanbiedt als gevolg van de voorwaartse inwerking van de ruiter nadat deze contact heeft genomen. De aanleuning wordt in de loop van de africhting steeds verder vervolmaakt
en moet zo worden ontwikkeld, dat het paard op de rechte lijn de teugels gelijkmatig aanneemt en in de wending of volte meer aan de buitenteugel
komt. De juiste aanleuning kan nooit door een terugwerkende hand verkregen worden, maar moet als resultaat ontstaan doordat het paard van achter naar voren naar de hand toe gereden wordt. De aanleuning is op beide teugels gelijk als beide achterbenen
evenveel aan de voortbeweging deelnemen.
Aanleuning vertegenwoordigt de controle over het gehele paard. Aanleuning is een wisselwerking. Er is een actieve achterhand nodig om tot aanleuning te komen en er is aanleuning nodig om de achterhand in tweede instantie tot vermeerderde activiteit te laten komen.
Bij al het werk, met inbegrip van het halthouden, moet het paard “aan het bit gaan“. Een paard is “aan het bit “ wanneer de hals, afhankelijk van de graad van africhting en de mate van verzameling in de gang, meer of minder opgericht en gewelfd is. Het paard toont daarbij gehoorzaamheid met een licht en soepel contact van de teugel en algehele ontspannenheid. Het draagt het hoofd daarbij recht met de neus, in het algemeen, iets voor de loodlijn. Het nekgewricht blijft daarbij soepel en de nek het hoogste punt van de hals. Het paard toont geen enkele weerstand
ten opzichte van zijn ruiter. Kortom het paard is ontvankelijk voor de hulpen van de ruiter.
Ontvankelijkheid betekent niet een onderworpenheid, maar het ‘open’ staan voor de hulpen van de ruiter, tot uiting komend door oplettendheid, goede wil en het constante vertrouwen in het hele gedrag van het paard, als ook door de harmonie, de lichtheid en het gemak in de uitvoering van de verschillende
bewegingen en oefe-ningen.
Mond- en/of tongproblemen
Het paard mag zich nooit tegen de aanleuning verzetten. Het moet steeds vol vertrouwen
een lichte aanleuning naar voren zoeken. Daarbij moet de mond gesloten zijn; het paard moet het bit afkauwen.
Het knarsen met de tanden of het zo nu en dan uitsteken of omhoog trekken van de tong wordt als een kleine fout beschouwd. Het over het bit gooien of het langdurig uitsteken van de tong wordt als een grotere fout beschouwd.
Als het paard zijn tong uitsteekt, de tong over het bit gooit of hem helemaal optrekt,
met de tanden knarst of druk met een iets opgetrokken staart zwaait, zijn dit dikwijls tekenen van nervositeit, spanning of verzet van het paard. De juryleden moeten hier dus rekening mee houden in hun cijfers, zowel in het desbetreffende onderdeel als in het eindcijfer voor de gehoorzaamheid.
Saaams schreef:Mag ik ook een foto plaatsen?
Ik vind mezelf hier nogal sterk in mn handen. Ik ben dat echt niet gewend van mezelfOok zit ik wat gespannen + paard merkt dat ook wel. (Inrijden dressuurwedstrijdje) Tips?
Klinkt misschien heel raar. Maar wat is nou de beste manier om je paard aan de teugel te laten lopen. Ik heb namelijk verschillende manieren gehoord. Of ik krijg van iemand anders les waarbij ik strenger in me hulpen moet zijn of juist niet. Meestal rijd ik gewoon tot paard zelf netjes laag gaat lopen.
S_en_Z schreef:Ze is achter stuwend (sneller dan van voren) Streven is gelijke gang voor en achter, in dit geval had het linker achterbeen in dezelfde positie moeten staan als het rechter voorbeen.
Ze valt naar links (als je er op zit) en duikt erachter omdat ze niet genoeg dragend is van achteren. Je maakt haar enkel snel ipv sterker. Van mij had ze wat minder hard gemogen zodat ze de kans krijgt RUIMER te gaan en jij mag meer lucht geven zodat ze de loodlijn op kan zoeken.
Dat ze "omvalt" is waarschijnlijk omdat jij haar al wegreed terwijl ze nog niet genoeg rechtgesteld was.
Wel iets om op te letten.. eerst recht, dan wegrijden.