Sunneva schreef:Bedankt! Ik ben eigenlijk pas wat meer gaan oppakken sinds een paar dagen. Ik had les gehad van Corine Wielheesen en zij zei dat ik wat meer van voren moest gaan tegen houden om achter er bij te krijgen. Als ik loslaat en met mn been aanvul valt ze weer uit elkaar. Ik zal donderdag wel even een foto maken.
Voor mij voelde het wat tegenstrijdig om been te geven maar niet met mijn hand mee te geven.
Dilemma's dus.
Daar heeft je instructrice gelijk in. De opgewekte impuls moet door begrenzing (aan de voorkant) tot een dragend achterbeen leiden. Maar dat is makkelijker gezegd dan gedaan
Want hoeveel moet je dan begrenzen; wanneer, hoe lang en hoe voelt dat dan?
Je paard moet dus eerst voorwaarts gereden zijn aleer je kunt begrenzen (je moet wel iets kunnen begrenzen natuurlijk). Dat wil ook weer niet zeggen dat je als een gek door de bak moet gaan draven, maar voorwaarts gereden wil zeggen dat je paard te allen tijde voorwaarts reageert op je been. Dat voorwaarts gereden zijn kan dus ook in stap. Ook op de begrenzing moet je paard op een juiste manier leren reageren. Begrenzen is in feite je paard vragen terug te komen (zit lang, been stil, hand sluiten). Een ophouding, waarop je paard moet terugkomen. Doet jij dat niet, dan herhaal je die ophouding, zonodig wat strenger, waarna je als hij luistert je hand weer opent als beloning, maar daarbij niet het contact verliest met de mond. Dat gaat echt om niet meer dan een centimeter; vaak geven we die hulp al te groot, te los bij het naar voren gaan en te sterk begrenzend/terugwerkend bij het terugkomen. De begrenzing moet ook kort zijn (bedoeld om je paard te laten terugkomen) en niet aanhoudend.
Voorwaarts is been, maar daarbij houd je hetzelfde (luchtige) contact met de mond. Je paard moet altijd het gevoel hebben dat hij voorwaarts kan gaan.
Op jouw foto Sunneva zie ik een te sterke begrenzing en stugge (niet meeverende hand). Je paard loopt op de voorhand. En zo rijd je dus (zoals Destino al zegt) constant met de "rem erop" zeg maar.
Te leren hoe het voelt als je paard meer op de achterbeen gaat, kun je het beste in stap oefenen. Daarbij is het (niet eens) nodig dat ie met zijn hoofd "in de krul" loopt.
Laat je paard actief stappen en vraag hem terug te komen door een ophouding (in teugels knijpen) te maken (=begrenzen) en steeds langzamer te stappen (iedere keer met een korte ophouding en hand weer openen maar contact met de mond behouden) tot bijna halt en dan weer naar voren (actiever) te stappen. Blijf daarbij goed rechtop zitten (niet in je paard kijken) en voel goed wat er onder je gebeurt. Laat hem bijvoorbeeld ook eens halthouden en correct (actief) van achter naar voren weg stappen. Als het goed is
voel je dat de achter meer gaat dragen. Als je weer actiever voorwaarts gaat is -als het goed is- je hand al in de "open" stand (maar wel in contact met de mond), maar als je voelt dat je paard weer van het achterbeen afloopt, dan heb je teveel weggegeven aan de voorkant (te weinig contact gehouden). En rijd je weer terug tot het achterbeen er weer bij is, waarna je weer actiever voorwaarts stapt, etc etc. Als je daar heel consequent in bent, leer je je paard de achterhand aan te sluiten en goed te gebruiken. In draf en galop werkt het in feite hetzelfde. Door op de volte te werken, maak je je paard automatisch minder sterk aan de voorkant.