Pion schreef:1 oor aan de buitenkant?
Even nadenken hoor, dan kijkt het paard dus ook 'schuin', anders zou je bij een travers van je af toch ook geen oor kunnen zien?
Je kijkt als jury zijnde al schuin, en als je dan ook nog een oor een de buitenkant ziet...
Cijfer durf ik zo niet te zeggen, denk een onvoldoende?
Met als commentaar 'buiging'.
Of zit ik er nu totaaal naast?

Nee hoor, je zit er helemááál niet naast!
Het wedstrijdreglement zegt:
Citaat:
De travers is een oefening op twee hoefslagen met vier sporen. In de travers is het paard met de achterhand naar binnen gesteld en gebogen in de richting van de beweging. De voorhand blijft op de rechte lijn van de hoefslag, terwijl de achterhand op een tweede hoefslag wordt gebracht. Het paard is licht gebogen om het binnenbeen van de ruiter. De buitenbenen kruisen voor die aan de binnenzijde langs. De buitenhoeven komen daarbij voor en over de binnenhoeven. Het paard kijkt in de richting van de beweging.
Bij een travers loopt het paard met de voorhand recht op de hoefslag. De achterhand wordt naar binnen gezet.
Als de jury bij C zit, en er wordt een travers gevraagd van de jury af, dan kan er in principe geen oor aan de buitenkant te zien zijn.
Als zo'n oor er toch is, dan is het duidelijk dat de lengtebuiging niet in orde is, en het paard alleen maar scheef loopt.
Een onvoldoende dus. In ieder geval een 4. Als er dan nog andere storingen zijn, zoals aanleuning of takt, dan gaan we naar een 3.
En inderdaad, 'buiging' is het woord. Liever: 'lengtebuiging'.
Je gaat door voor de magnetron, Pion.