Aedema schreef:Paarden waren maar werktuigen in die tijd, het kon de meeste boeren/jagers niet schelen of hun tuig wel pastte, het was toen ook al duur dus ze moesten roeien met de riemen die ze hadden.
Dit moet ik toch grondig tegenspreken. Uiteraard hadden paarden een functie in die tijd, maar functie wil niet zeggen werktuig (te meer omdat paarden vaak een zeer duur een cruciaal goed waren). Paarden stonden immers vaak centraal in het leven van de beoefenaars van de 'paardenkunst'. Amerikaanse vaqueros en Iberische cabbelleros waren voor hun economische overleving volledig afhankelijk van het paard en een goed opgeleid paard wou je niet zomaar 'verslijten'. Daarenboven dienden zij vaak in barre en zeer vijandige natuurlijke omstandigheden te opereren. Hun ganse overleving hing dus af van hun paarden en hun paardenkunst. Hetzelfde voor bijvoorbeeld de middeleeuwse ridder, wiens leven niet enkel tijdens de oorlogsvoering maar ook tijdens de toernooien in de balans hing (recent onderzoek heeft bijvoorbeeld aangetoond dat in het midden van de vijftiende eeuw de sterfkans voor toernooiridders nog op 10% lag). Wanneer je leven in de schaal ligt, dan ga je niet zomaar pragmatisch om met je paarden of je rijkunst. Voor de hoge adel in Frankrijk werd de uitvoering van traditionele dressuur trouwens beschouwd als het centrale opleidingsonderdeel voor een jonge edelman (de academische rijinstellingen waren immers een soort universiteit voor de adel waar naast de centrale rijkunst ook vakken als muziek en wiskunde werden onderwezen).
Deze tradities hadden net een zeer variabel doel met hun paarden, dat hun dwong om holistisch met hun paarden om te gaan. Hoe meer zij erin slaagden om het paard te bewegen als hun eigen lichaam, hoe beter zij zich uit de strijd konden trekken. Men streefde in al die tradities oprecht (en niet als een soort van hol ideaal zoals je het soms vandaag hoort) een eenheid na. Waarom? Wel net omdat het heel functioneel was binnen de toepassingen die zij voor ogen hadden.
In al die tradities stond het paard centraal binnen de collectieve en individuele identiteitsvorming en de rijkunst was net een veruiterlijking van die identiteit, en van sociale status en prestige. Daardoor was vaak ook het materiaal dat men gebruikte voor het paard uitermate verfijnd. Zadelmaken is voor vaqueros tot op de dag van vandaag een ware kunst (een paar maanden geleden stond er trouwens nog een artikel van een traditionele zadelmaker in the eclectic horseman). De zadels van Gineta ruiters, middeleeuwse ridders en vroeg moderne edellieden waren stuk voor stuk pareltjes. Ik zou dus zeker niet durven stellen dat men er zomaar wat op smeet. Dat is een moderne scheefgetrokken veronderstelling.
Misschien een kleine illustratie (mijn excuses indien ik in mijn passie over dit onderwerp teveel off topic ga): Jordanus Rufus de Calabria beschreef in zijn de curis equorum (13e eeuw) dat geen paard onder de drie jaar zou mogen bereden worden. Hij merkte verder op dat keizer Frederik II op geen paard zou rijden dat onder de vier jaar onder het zadel was gebracht. Misschien kunnen we toch nog wat opsteken van die oude knarren.