Ik heb precies hetzelfde probleem gehad. Nu voelt die oefening plotseling heel natuurljk aan terwijl ik in het begin alleen maar zat te klunzen.
Eerst zorg ik voor een bevestiging van mijn zijwaarste beenhulp door te wijken en SB te rijden. Daarna controleer ik mijn controle over de schouder door voltes te rijden opeenvolgend links en rechts en desnoods een volte met stellingen naar binnen- buiten- binnen- buiten....
Ik rij vanuit een volte of een afgesneden hoek de lange zijde op. Ik probeer de steling en buiging te behouden. Mijn buitenbeen ligt naar achter mijn binnenbeen op de singel. Mijn bovenlichaam is in de rijrichting gedraaid en mijn gewicht rust meer op mijn binnenste zitbeenknobbel. Mijn binnenbeen bewaakt de buiging en mijn buitenbeen drijft de kont van de hoefslag en mijn paard voorwaarts. Ik ben dus alleen actief met mijn buitenbeen.
Als ik de steling en buiging niet voldoende kan bewaren zet ik eerst de kont weer van de hoefslag door de drijven met mijn buitenbeen en de schouder te begrenzen met mijn buitenteugel. Daarna vraag ik weer stelling (desnoods door heel even de teugel over de schoft te halen, anders ga ik zo scheef zitten). Dit gaat dus stapsgewijs, eerst de kont, dan de stelling (en weer van voor af aan). Zolang hij in het begin maar tactmatig blijft draven vind ik het tempo niet zo belangrijk. Als het technisch maar klopt. Als hij het dan beter snapt en sterker en soepeler wordt ge ik het tempo weer opvoeren.