Veulen84 schreef:Even nog in aanvulling op dit.
Van nature voorwaartse paarden doen wat hun instinct ze ingeeft. Ze gooien hun gewicht naar voren en rennen weg over de voorbenen. Dat willen we niet, we willen dat hij z´n achterhand gebruikt. Wanneer hij die spieren gebruikt zal hij bijna vanzelf ruimte hebben om te kunnen nageven en zal z'n snelheid gecontroleerd zijn (nu zit je motor voor je, dan achter je. Voor een paard betekend dat dat hij je beter kan dragen. Probeer maar eens een volle kruiwagen te duwen of te trekken, trekken is makkelijker. Daar kom je sneller mee vooruit maar je stort ook sneller om.)
Voorwaarts voor ons betekend niet dat z'n lichaam ook echt voorwaarts is. Stop niet met rijden omdat hij hard gaat.
Oefeningen om dat te doen zijn:
- Stappen, halt houden, stappen, halt houden, achterwaarts, stappen. Waarbij het belangrijk is dat je het 1 soepel in het ander laat overgaan.
- Op de volte B - E. Stappen, halt houden, stappen. Net zo lang dat je paard er vanuit gaat dat hij mag gaan halt houden. Dan doe je het niet, dan drijf je hem er overheen. AF en toe doe je tussendoor dan ook halt houden. Wat je dan eigenlijk doet: Je paard remt af, maar jij zegt, ga door, vervolgens moet hij in 1 klap al z'n achterhand spieren er bij zetten om te blijven lopen. Deze spieren heeft hij nodig om te kunnen nageven.
Problemen bij oefeningen met halt houden kunnen zijn:
Paard wil niet halt houden: Maak er een punt van, halt is halt en blijf net zo lang oefenen tot hij ook echt op kleine verzoekjes van jou halt houd.
Paard valt stil (doodstil) en wil niet meer weg eigenlijk: Geen respect voor jou been, of het ontbreken van jou been bij het halt houden. Halt houden is niet alleen zithulp en teugelwerk. Je hebt je been nodig om de laatste pas ook te rijden. (Kijk maar eens een filmpje van een dressuurruiter, tot het laatste moment houden ze het been er aan zonder te drijven).
Nog een oefening:
- Draf, eerste lange zijde uitgestrekte draf, korte zijde arbeidsdraf, lange zijde verkorte draf, korte zijde arbeidsdraf, dan weer uitgestrekte draf enz. Herhaal dat net zo lang tot je paard weer wat je wil. Dan gooi je het om, waar je eerst uitgestrekt reed rij je dan verkort. Tot je paard daar weer op gaat reageren, dan wissel je weer.
Wil je het jezelf iets moeilijk maken, dan doe je dit bij het van-hand-veranderen over de diagonaal. Eerste keer uitstrekken, terug veranderen, verkorten.
Klinkt saai, maar je zal er je handen vol aan hebben. De eerste 2 oefeningen kun je het beste in stap rijden. Natuurlijk kun je wel draf - stap doen. Maar ga zeker de eerste tijd niet draf - halt houden doen. Daar bereik je een beetje het verkeerde mee. Doe dat pas als je geen enkel probleem meer hebt met het eerste stuk.
De laatste oefening kun je in elke gang uitvoeren, dus ook in galop. Sterker nog ik ben er altijd voor om het in galop te doen (maar dan niet van hand veranderen hoor).
Vraag ook eens of iemand aan de kant met je mee kijkt. Elke draf/galop pas die jij maakt telt je kijker hardop mee. Dus 1 - 2 - 20. Stel je tot doel om die persoon langzamer te horen tellen. Maar wat je daarbij niet mag is je teugels gebruiken. Je moet het dus zuiver doen op: Diep in het zadel gaan zitten (tipje stel je in je hoofd voor dat je op het buiten-achterbeen gaat zitten), strek je bovenlichaam... En doe verder niks...
goede oefeningen! die ga ik zeker gebruiken!