Bokt.nl

uniong schreef:

de galop. (Pas aan beginnen als je een beetje aardig kan doorzitten) Want, voor de juiste galop hulpen moet je nl. kunnen doorzitten. Bij de galop heb je de linker- en rechtergalop. Op de linkerhand (= linksom door de rijbaan rijden) vragen we galop links aan.
Linksom, linkerhand, dus buitenbeen is het rechterbeen! ( ik stap nu over op de begrippen buitenbeen en binnenbeen). De hulpen op een rijtje:
* doorzitten
* buitenbeen iets achter de singel.
* ietsje meer druk op de buitenteugel als op de binnenteugel.
* binnenbeen aandrijven.
* gewicht ietsje naar binnen verplaatsen.
en dat allemaal tegelijk!!!!.
Geef deze hulpen in een hoek (bocht) van de rijbaan. Dan zal je paard wat makkelijker in de juiste galop aanspringen. Zit je eenmaal in de galop, mag je je buitenbeen weer op de normale plaats brengen. Elke galop sprong begeleiden met je benen.
En je blijft natuurlijk zitten!

De achterbenen zijn de motor van het paard. Grof gezegd zitten z'n voorbenen er alleen maar onder, om te voorkomen dat het paard op z'n 'snufferd' valt. De teugels hebben een begrenzende werking. Drijf je aan (met je beenhulpen), waardoor het paard z'n achterbeen verder naar voren zet en je begrenst 'm met je teugel, zal hij z'n achterbeen hoger optillen i.p.v. verder (=verzamelde stap/draf/galop). Met minder teugeldruk. zal het paard z'n achterbeen verder naar voren zetten (=uitgestrekte stap/draf/galop). Het is dus een 'spel' tussen aandrijven en begrenzen.