1. De buitenbak
2. De longeerbak
3. Nogmaals de longeerbak

4. Zelfs de binnenbak moest het enigzins ontgelden :
5. Het land waar de paarden stonden :

6. Nogmaals het land, de sloot stroomde net niet over :

Gelukkig zijn alle paarden optijd van het land gehaald. Als het overstroomt lopen ze zo een sloot in.