Als honey naar roskario gaat wil ik haar denk ik dit jaar nog laten dekken. Maar, ik wil dus graag een appie of een bont veulen (liefst nog schabrak bont of zwartbont). Honey zelf is zwart. Haar vader is een blonde vos, haar moeder is donkerbruin. Mij is wel verteld dat als ik haar door een vos laat dekken dat ik dan vrijwel zeker ook een vos veulen krijg aangezien de vader dus vos is. Maar betreft die andere kleuren? Voor een appie weet ik dat ik met een fewspot het meeste kans maak, maae met zwartbont? Tot hoeveeel generaties moet de hengst dan bont zijn? Garantie op kleur heb ik niet, dat weet ik ook, maar hoe maak ik de beste kans op een stippel of bont veulen?
Trouwens, als ik haar dit jaar laat dekken wordt het waarschijnlijk niet door mythos, die staat namelijk in apeldoorn
ik weet niet precies wat de erfelijkheidsregels zijn voor vachtkleur bij paarden maar deze zou je eerst goed moeten bestuderen. [Hou je maar vast want het is stevige kost ] Je bent al een heel eind wanneer je een stamboom van Honey op zou kunnen zetten met daarin vermeld de vachtkleuren [fenotypen]. Misschien kun je daaruit herleiden wat Honey's genotype is. Indien blijkt dan honey homozygoot donkerbruin is, en indien deze kleur dominant over stippel of bont is, zal het onmogelijk zijn ooit een bont of stippel veulen uit Honey te fokken. {tenzij je het geluk hebt van een cross-over maar die kans is 1 op 20.000}. Maar goed ik weet de regels niet voor vahctkleur bij paarden. Weet iemand daar misschien een goed boek over?
K weet t ook niet precies maar wil je haar alten dekken door een shet? Dan heb je in ieder geval heel weinig kans om een valk te vinden. Ik wens je heel veel succes
Je zou eens kunnen studeren op dit stuk van Kim Middel over kleurvererfing bij ijslanders. Ik vermoed dat het bij shetten wel in grote lijnen hetzelfde is. Ijsjes hebben alleen nog ingewikkeldere kleuren zoals zilverappels en diverse verdunningsfactoren.
Het is weer lente en voor uitbreiding van je kudde met een pluizig vier- of vijfgangertje volgend jaar moet je gaan nadenken over een hengst die bij je merrie past. Natuurlijk moet de aanstaande vader over een goed karakter, flitsende gangen en een mooi exterieur beschikken. Waarom niet een mooi kleurtje erbij? Een muis of een zilverappeltje? Hier volgt een rondleiding door de regenboog van kleurtjes in IJslanderland. Genen...
Elk paard heeft een aantal genen (genotype) die zijn kleur bepalen (fenotype). Van elk gen heeft het twee: van elke ouder één. Deze genen kennen twee verschijningsvormen (allelen): dominant en recessief. De dominante allelen overheersen de recessieve; we geven ze aan met resp. hoofd- en kleine letters. De meeste kleuren worden veroorzaakt door dominante genen, maar een paar ook door recessieve. Bv:
D is het dominant werkende gen voor wildkleur. DD en Dd is wildkleur, dd niet. f is het recessief werkende gen voor witkopbont. ff is witkopbont, FF en Ff niet. Een paard met twee gelijke allelen van een gen is fokzuiver (homozygoot), met twee verschillende allelen is het niet-fokzuiver (heterozygoot): DD en dd fokzuiver, Dd niet.
Kleuren...
Met dit in het achterhoofd kunnen we nu aan de slag. Er zijn drie basiskleuren: zwart, bruin en vos. Elk paard heeft één van dezen als basiskleur. Ze worden veroorzaakt door de werking van twee genen, E en A. E werkt dominant en veroorzaakt zwart. A werkt dominant en veroorzaakt een rode lichaamskleur als E aanwezig is!
zwart aaEE, aaEe; zwart
bruin AAEE, AAEe, AaEE, AaEe; zwart met inwerking van rood op het lichaam
vos aaee; AAee, Aaee; rood: A heeft geen effect op e en is daarom niet zichtbaar
Er is een apart gen dat in recessieve vorm bij vossen witte manen en staart veroorzaakt (zweetvos). Zo kan uit een zwarte en een vos opeens een zweetvos komen.
Op deze drie basiskleuren werken alle andere kleurgenen (wijzigingsfactoren) in als ze aanwezig zijn. De belangrijkste wijzigingsfactor is het Ccr-gen. Dit is een allel van het C-gen, dat verdunde kleuren (verdunningen) veroorzaakt: isabel, valk, smoky, en cremello, perlino en zilversmoky. Ccr werkt onvolledig dominant, oftewel het effect op de kleur is in fokzuivere vorm (CcrCcr) veel groter dan in niet-fokzuivere vorm (CCcr). Met andere woorden, we kennen enkele en dubbele verdunningen:
CC
(geen verdunning) CCcr
(enkele verdunning) CcrCcr
(dubbele verdunning)
zwart smoky (zomerzwart) zilversmoky
bruin valk (onecht isabel) perlino
vos isabel cremello
Deze zes kleuren zien er als volgt uit. Smoky is moeilijk herkenbaar; meestal ziet het eruit als bruinzwart. De meest duidelijke vorm van smoky is anthracietkleurig: donkergrijs met een rode gloed. Valk is geel (variërend van donker tot bijna creme) met zwarte benen, manen en staart. Isabel is geel (van goud tot creme) met witte manen en staart. Zilversmoky is heel zeldzaam! De kleur lijkt op een egale kleikleur; de ogen zijn lichtbruin. Cremello en perlino zien er hetzelfde uit: crème met blauwe ogen. De dubbele verdunningen hebben allemaal een roze huid. Verdunningen zijn vaak 's winters veel lichter van kleur dan 's zomers; vandaar dat smoky ook wel eens zomerzwart genoemd wordt. Op een cremello of perlino is dit effect natuurlijk niet te zien.
Een variant van het Ccr-gen, het Ch-gen (champagne-gen), heeft veel meer effect op zwart pigment dan Ccr: anders zwarte lichaamsdelen worden dan bruin of bruingeel.
De drie basiskleuren en de zes verdunningen vormen de grond waarop ander factoren kunnen inwerken. Dit zijn de wijzigingsfactoren die bij IJslanders voorkomen:
Wildkleur. Wildkleur is dominant en zorgt ervoor dat de grondkleur lichter wordt en een aalstreep (en evt. wildstrepen aan de benen) verschijnt. Hoofd en benen blijven donkerder dan het lichaam. Manen en staart zijn vaak, maar niet altijd, veelkleurig: de oorspronkelijke kleur met wit, geel of rood erdoorheen (denk maar aan een Fjord).
wildkleur zwart (muisgrijs)
aaE*D* grijs lichaam, zwarte/donkergrijze benen en hoofd, zwarte aalstreep.
wildkleur bruin
A*E*D* donker tot lichtgeel lichaam, zwarte of bruine benen, zwarte of bruine aalstreep
wildkleur vos (leemvos)
aaeeD*, A*eeD* oranje tot geel lichaam, rode tot oranje aalstreep.
Een * geeft aan dat het of een dominant of een recessief allel kan zijn.
Wildkleur op een verdunning zorgt voor een nog lichtere lichaamskleur. Hvítingsson en zijn vader Hvítingur -wildkleuren valk en isabel- zijn hiervan voorbeelden. Een lichte wildkleur is makkelijk te verwarren met een enkele verdunning (wildkleur zweetvos lijkt sprekend op isabel). Laat staan wildkleurige verdunningen! Onthoud daarom:
1) een zuivere verdunning (zonder wildkleur) heeft NOOIT een aalstreep.
2) een wildkleurige verdunning is, net als een zuivere verdunning, 's winters vaak veel lichter van kleur dan 's zomers.
Grijs (schimmel): het G/g-gen is dominant. Een paard met G kan als veulen elke kleur hebben, maar wordt uiteindelijk schimmel. Vb. A*eeG* (schimmel, vos geboren).
Roan (echte schimmel/stekelharig): het R/r-gen is dominant en veroorzaakt witte haren door de eigenlijke kleur heen. Bij IJslanders is deze kleur vrij zeldzaam (3,5% van de paarden op IJsland is roan), maar bij bv. Belgen is hij heel gewoon. Een vos-roan is een roodschimmel, een bruin-roan een bruinschimel en een zwart-roan een blauwschimmel. Vb. aaE*D*R* (wildkleur zwart-roan).
Platenbont: het P/p-gen is dominant en veroorzaakt witte vlekken over het hele lichaam. Dit kan een wit lichaam met een gekleurd hoofd inhouden of een gekleurd paard met witte sokken en alles daartussenin. Vb. aaeeCCcrP* (isabelbont).
Witkopbont: de zeldzaamste kleur bij IJslanders. Het F/f-gen werkt namelijk recessief en bijna alle IJslanders zijn FF. Niettemin bestaat het f-allel wel. Witkopbonte paarden zijn voornamelijk wit om het hoofd (vandaar de naam): grote blessen of witte hoofden met blauwe ogen. Het overige wit bevindt zich vaak in de buikstreek en aan de benen. ff-paarden zijn naar het schijnt doof! Vb. aaE*ff (witkopzwartbont).
Zilverappel: het Z/z-gen is dominant maar werkt slechts op E! Ofwel: een vosmerrie kan best Z hebben, maar dat blijkt pas als er uit een kruising met bv. een zwarte hengst een zilverappel geboren wordt. Het gen maakt de lichaamskleur iets lichter en veroorzaakt zilverwitte of -grijze manen, staart en behang. Het lichaam is vaak sterk geappeld. Zilverappelzwart is de kleur van pure chocola met witte manen en staart. Zilverappelbruin lijkt verraderlijk veel op zweetvos! De lichaamskleur is echter meer een leverkleur. Zilverappel-wildkleur zwart en -wildkleur bruin zijn lichtere versies van die kleuren, met natuurlijk witte manen en staart, en datzelfde geldt voor zilverappel-smoky en -valk. Zilverappel-wildkleur bruin en -valk lijken dus veel op isabel, maar aan de appeling kun je het beste het verschil zien (hoewel, niet altijd, want ook een "gewoon" paard kan appeling vertonen). NB! De moeder van de hengst Trausti, Tilvera frá Arnþórsholti, is zilverappel-wildkleur bruin en de moeder van de hengst Sælingur, Mist frá Meðalfelli, is zilverappel-wildkleur smoky.
Kiezen...
Door te kijken naar de kleur van de ouders van je paard kun je er meestal achter komen welke allelen van kleurgenen je paard in zich heeft. Stel: je paard is een vos, uit twee zwarte ouders. Die moeten allebei aaEe geweest zijn, want als er één aaEE geweest zou zijn, zou die altijd E (voor zwart pigment) doorgegeven hebben en zou er nooit vos uit komen. Als je eruit bent wat het genotype is, komt de vraag met welke hengst je het meeste kans maakt op je felbegeerde muisje of valkje. Daarvoor moet je naar de kleur van zijn ouders kijken en misschien ook naar die van zijn nakomelingen. Houd er rekening mee dat de kleur die op het stamboekpapier of in de fokbundel vermeld staat niet noodzakelijk juist is! De schetser weet vaak niet wat hij met al die IJslandse kleuren aanmoet. Zelfs op IJsland worden hierin fouten gemaakt. Voor het gemak zijn hier de genotypes van toonaangevende Nederlandse hengsten:
Askur aaEeDD Kóngur aaEeDd
Ás aaEeGg Óðursson *aee
Eyfirðingur aaEe Prúður aaee
Farandi aaEe Skarði aaEe
Hástígur Aaee Topar Aaee
Hilmir aaEe Trausti AaEe
Hvinur aaEe Vinur aaEe
Kári aaEe Þokki aaEe
Omdat merrie en hengst van elk gen maar één allel doorgeven en je natuurlijk niet weet welk, kun je door hiernaar te kijken bepalen bij welke hengst je de meeste kans hebt op de door jou gewenste kleur. Voor een valk of een bonte kun je bij de bovenstaande hengsten niet terecht, tenzij je merrie het betreffende gen zelf heeft.
Als je na het doorspitten van al zulke gegevens een keuze gemaakt hebt, blijft het natuurlijk aan de natuur of het kleurtje er ook komt. Misschien maar goed ook, want kleur mag de keuze voor een hengst niet domineren. Aan de andere kant is het natuurlijk prachtig dat onze IJsjes zoveel kleurtjes kennen. Dus: fok met beleid, maar fok daarbij eens een apart kleurtje!
pfff, op school snapte ik er al geen hout van, nu dus nog niet. Leuk, die erfelijkheid. Naja, honey's moeder is dus donkerbruin. Honey's vader zweetvos. Honey zelf zwart (gebleekt naar bruin). Dus iemand hier die het wel snapt????
Lieke --> ik dacht dus kans te maken op een valk veulen als ik haar door een valk hengst liet dekken (die izjn er wel moet alleen goed zoeken)
Nou Stef, ik heb het hele verhaal eventjes vlug doorgenomen maar je zult eerst het genotype van de ouders van Honey moeten bepalen en dat is niet makkelijk, anders wordt het fokken net zo spannend als een potje Bingo. En vergeet niet dat de kans zeer reeel is dat het onmogelijk is dat je een bont veulen uit Honey zult fokken. Fokken is niet zoiets als potjes verf mengen.
en ook uit 2 bonte ouders kan een zwart veulen komen. zekerheid is er niet maar dnek dat je er dan gewoon een bonte of appie op moet zetten wil je t meeste kans maken op vlekkies.
Kleine muisjes hebben kleine wensjes Beschuitjes met gestampte mensjes
Het is heel moeilijk om de genen Of hoe dat ook maar heet uit te pluizen. Want als je de ouders van alle kanten al weet, dan is het soms nog niet duidelijk wat die factoren zijn. Isolda haar pa en ma waren vos, maar misschien heeft ze juist wel weer een gen van haar overpapa gekregen, die een andere kleur had. En dat samen met een gen van de hengst waar ze door gedekt is, kan het een hele andere kleur geven. Ik hoop dus heel erg op een zweetvos,net als Bazuin, maar weet ik veel, misschien krijg ik wel een bruine! Zelfs bij friezen, welke jarenlang gefokt worden op hun zwarte kleur, komt soms eens wat anders door!
Tsja, dat stuk wat dimmelim hier voor je geplaatst heeft is wat ik ook bedoelde stef. Ben je er al uit? Zou ik errug knap vinden... hoop abracadabra voor mij...hihihi...maar misschien als ik het ff rustig lees...en anders heb ik nog hele slimme en bovenal geduldige veearts...hahaha...
Beste Stef, Het is niet zo vreselijk ingewikkeld hoor. Je zegt Honey is zwart, uit een vos ouder en een bruine ouder. Genetisch is dat vos: aaee x bruin: A.E. = zwart: aaEe. Honey is dus fokonzuiver voor zwart. Bont berust op het dominante P gen. Honey is niet bont, dus heeft het dominante P gen niet (is dus pp) Neem je nu een fokzuiver zwart bonte hengst: aaEEPP x honey aaEepp = aaE.Pp = zwartbont veulen. Het probleem is een fokzuiver zwart bonte hengst te vinden. Je moet dan in ieder geval de kleuren van zijn ouders weten en het liefst ook van zijn nakomelingen. De vererving van appaloosa is heel gecompliceert. Je kunt niet in 1 generatie van een effen paard naar een gespikkeld paard. Zwart/bont (en bruin- of vosbont) zijn het makkelijkst te bereiken. Petra