Moderators: NadjaNadja, Essie73, Muiz, Maureen95, Firelight
Citaat:Als Tanja beneden komt zit Iris op de bank.
“Zeg hoe gaat het met je enkel?”
“mwha, wel beter. Zeg, zou jij een beltegoed kaart voor me willen halen, dan kan ik mijn moeder zelf bellen. Ik kan nu moeilijk op de fiets stappen.”
“Is prima” zegt Tanja “Dan haal ik gelijk warme broodjes voor ons.”
Iris loopt naar buiten. Mooi Tanja is weg denkt ze. Nu nog het graf zoeken.
Ze loopt door het gras lang het wc huisje, tussen de bomen door naar het graf steen.
Ze veegt de bladeren van de steen af
†
R.I.P.
Antonius Cornelus Wijngeard.
Gestorven 25-05-1845
Ze huivert bij het idee dat de vader van het meisje hier onder de steen ligt.
Ze probeert de steen op te tillen, maar tevergeefs. Opeens heeft ze een idee. Ze gaat op haar rug op de grond liggen met haar armen tegen een boomstam.
Met haar voeten duwt ze de steen van zijn plaats.
Meteen ziet ze een kiste liggen. Het meisje uit het dagboek heeft het niet begraven, maar de steen erbovenop gelegd.
Aan het kistje zit een oud verroest slot. Waar is de sleutel?
Misschien…bedenkt Iris, ligt hij wel op zolder in de kist waar ze het dagboek heeft gevonden.
Ze loopt naar binnen en gaat de trap naar de zolder op.
De kist is weg… ze wist zeker dat hij er stond…