Wat oefeningen die je zou kunnen doen om haar makkelijker te laten wijken voor de eenzijdige kuithulp:
Volte openen en sluiten (was je zelf ook al mee bezig). Bedenk wel dat bij het volte sluiten het paard dus licht naar buiten gesteld moet zijn omdat het wijkt voor het buitenbeen, ook iets dat veel mensen vergeten. Volte openen lukt wel, maar sluiten niet, dan is vaak de stelling verkeerd.
Bij C afwenden en bij G een kleine volte maken en dan wijken van G naar K. Het voordeel van eerst een volte is dat de stelling al goed is. Wel heel goed opletten dat je paard niet over de buitenschouders wegvalt uit de volte. Dit kan gecorrigeerd worden door de buitenteugel wat meer aan te nemen en voorwaarts te rijden.
Wijken langs de hoefslagkering. Als je dan wijkt voor de binnenkuit blijft het paard met zijn achterhand op de hoefslag terwijl de voorhand een pas naar binnen word geleid (alsof je wilt afwenden) waarna je de hulpen voor het wijken geeft en de wending dus niet doorzet. Niet teveel naar binnen zetten, een klein beetje is genoeg, er moet ook een voorwaartse beweging in blijven, niet teveel zijwaarts willen. Eventueel na een paar goede passen alsnog afwenden om de oefening makkelijk te beƫindigen.
De 'officiele' hulpen voor het wijken voor de kuit (in dit geval de rechterkuit):
1. Maak een halve ophouding vanuit stap of draf, houd daarbij het paard met de zit voorwaarts (geen verzameling)
2. Vraag de stelling naar rechts door de rechterhand wat te sluiten. Die rechterhand onderhoudt de stelling alleen, probeer niet met die hand het paard op zij te duwen, dat zie je vaak, die hand mag niet over de schoft heen komen!
3. Plaats de rechterkuit achter de singel en druk hiermee de achterhand naar links.
4. Breng het gewicht iets meer op de rechterzitbeenknobbel (misschien zit hier je fout? Je moet dus zitten op de kant waar je NIET heen gaat, dus op rechts als je wijkt voor de rechterkuit en dus naar links gaat, dit moet je niet zien als die kant op hangen, je gewicht heel weinig verplaatsen is voldoende)
5.Zorg met de linkerkuit dat het paard voorwaarts blijft.
6. Zorg met de linkerteugel voor begrenzing zodat het paard niet over de schouder wegvalt. De rechterteugel onderhoudt de stelling, de linkerteugel controleert 'm.
7. Kijk zelf in de richting waar je naar toe gaat.
Nulla tenaci invia est via