Laat je paard eerst even goed actief voorwaarts rijden eer je aan het voorwaarts-neerwaarts begint. Op dat moment laat je je paard vanvoor gewoon doen wat ie wil en zorg je er voor dat hij vanachter goed actief loopt. Dat is de eerste vereiste. Pas als je paard goed actief loopt (dus echt aan het werk gezet is), zal hij stillaan wat minder gehaast en gespannen gaan lopen. Daarna kan je pas van achteren naar je hand toe rijden.
Probeer altijd eerst de eerste vereiste te voldoen (dus het actief zijn) vooraleer aan de volgende (voorwaarts-neerwaarts) te beginnen en zorg ervoor dat je paard tijdens het voorwaarts-neerwaarts rijden nog steeds actief is.
(denk even aan de behoefte-theorie van Maslow: "de eerste behoefte moet voldaan zijn eer je aan de tweede kan beginnen werken", dat helpt soms om het te verstaan )
De enige zekerheid is dat men van niets zeker is...