Probeer hem eerst op de hoefslag op een rechte lijn zijn binnenachterbeen expres wat meer onder hem te laten lopen. Puur ter controle.Let erop dat je zelf recht op je paard blijft zitten, hij eerst wel aan de teugel (door de kaak) moet zijn, licht stelling behoud (heel minimaal de schouders wat naar binnen zetten en je moet zijn binnenoog kunnen zien). Als dit goed gaat, kan je eens een lichte wending maken van de hoefslag af: buitenteugel tegen de hals, binnenteugel van de hals (let op: niet terugwerken, echt je hand opzij zetten...) binnenbeen waakzaam opdat hij niet ernaast komt te lopen, buitenbeen waakzaam opdat hij niet uitzwaait. Let erop dat het tempo (ritme) hetzelfde blijven als dat je een rechte lijn rijdt. Probeer van de A-C lijn eigenlijk weer te denken dat je wéér gaat wenden. Dus dat de A-C lijn ook een hoefslag is. Hierbij doe je precies hetzelfde als voorheen uitgelegd.
Zodoende kan je eraan werken dat je elk kwart van de volte doet, alsof je van de hoefslag wend om een volte te maken.
Stel voor jezelf vaste punten in de volte en probeer ook echt daar naartoe te rijden. Kom je voorbij zo'n punt, dan denk je net zoals dat je wend van de hoefslag.