Met de uitdrukking gal wordt een verzameling van omvangstoenamen aan het been bedoeld, die door overvulling van gewrichten, slijmbeurzen en peesscheden worden veroorzaakt. Een gal geeft meestal geen kreupelheid. Gewrichtsgallen ziet men in het bijzonder vaak aan het spronggewricht en het kootgewricht. Ook in het sprongewricht kan een bolspat zitten, maar dat is een ander verhaal.Kootgewrichtgallen komen aan beide zijden voor. Als er benige afwijkingen bestaan kun je de DA even halen. Die zal dan meestal even rontgen.Je moet een gal wel zien als een waarschuwing, denk aan overbelasting bij een jong dier.Een behandeling is niet noodzakelijk, je kunt het als een schoonheidsfoutje zien. Ook paarden die teveel eiwitten binnenkrijgen kunnen er mee te maken krijgen.Een legger is eigelijk ook een gal, is een overvulde slijmbeurs aan de top van de elleboog. Peeschedegallen, overvulde peesscheden aan de strekpezen, en de voorkniegal(gevulde gewrichtszak) komen meestal door overbelasting. Dan heb je ook nog de Sesamschedegal, uitpuiling van de sesamschede boven de kogel op het zijvlak van de pijp.Hier geld wel voor; Als ze groot en hard zijn en de pezen zijn aangetast dan kan er kreupelheid optreden.
Uiteindelijk is de mens zelf de zwakste schakel.
Plaats een reactie
Geplaatst: 28-10-01 15:49
