Hoi Sandra,
Ik heb hier een klein stukje uit het Tinkerland maandblad van vorige maand. Bijna iedere Tinker eigenaar heeft het gelezen.
De Nederlandse Tinker-eigenaren kunnen opgelucht ademhalen, eindelijk is er duidelijkheid over de twee stamboeken die ons land sinds kort rijk is. Ook al is ‘rijk’ niet het juiste woord, want al het gekibbel en gekrakeel over deze kwestie vormde eerder een verarming dan een verrijking voor Tinkerend Nederland. Steeds meer mensen hadden de buik vol van al het gedoe rond de twee stamboeken: I.C.S. enerzijds en Het Nederlands Stamboek voor Tinkers anderzijds.
Veel Tinker-fans zagen door de bomen het bos niet meer en distantieerden zich van de stamboek-problematiek. ‘Ze zoeken het maar uit, ondertussen geniet ik lekker van mijn paardje’ was dan ook een veel gehoorde reactie.
Ook het Tinkerland Maandblad heeft zich steeds buiten de stamboek-strijd gehouden. Nu de situatie is opgehelderd willen wij de zaken voor onze lezers op een rijtje zetten.
Keuze niet moeilijk
Voor de meeste Tinker-eigenaren valt er niet veel meer te kiezen; of je nu een Tinker hebt van het type ‘Vanner’, ‘Gray’ of ‘Scudder’, je kunt enkel terecht bij het Nederlands Stamboek voor Tinkers. De I.C.S. heeft geen erkenning tot het keuren van deze types.
Enkel wanneer je paard van het Cob-type is, kun je kiezen, of beter gezegd: je zult móeten kiezen, want je paard mag slechts bij één stamboek zijn ingeschreven. Is je paard dus ‘op en top Cob’, dan zou je voor de I.C.S. kunnen kiezen, maar evengoed voor het Nederlands Stamboek voor Tinkers; beide stamboeken hebben een zogenaamd ‘hoofdboek’ voor het Cob-type.
Veel eigenaren weten niet wat voor type Tinker zij hebben, is het een Vanner, een Cob, een Gray, een Scudder of misschien wel iets daar tussenin? Ook voor deze mensen lijkt ons de keuze niet moeilijk: bij het Nederlands Stamboek voor Tinkers zitten zij altijd goed.
Hengstenhouders
Voor hengstenhouders geldt hetzelfde; ook hun dekhengst mag slechts bij één stamboek zijn ingeschreven. Volgens de regeltjes ligt het iets gecompliceerder: hengsten uit het ene Cob-stamboek moeten ook toegelaten worden voor de fokkerij binnen het andere Cob-stamboek.
In de praktijk zal van een dergelijke uitwisseling waarschijnlijk weinig terecht komen omdat het Nederlands Stamboek voor Tinkers zichzelf zeer hoge eisen heeft opgelegd op veterinair gebied, ten aanzien van sperma-kwaliteit en dergelijke. Het lijkt ons niet aannemelijk dat Het Nederlands Stamboek voor Tinkers dekkingen door I.C.S.-hengsten zonder meer zal accepteren omdat deze I.C.S.-hengsten slechts aan de lagere Europese eisen hoeven te voldoen.
Daar komt nog iets bij: het moederstamboek van de I.C.S. in Ierland heeft slechts een voorlopige erkenning. Daardoor kan de continuïteit van de I.C.S., ook in Nederland, op dit moment niet gegarandeerd worden.
Onze conclusie:
De kaarten zijn geschud: heb je een Tinker van het type ‘Cob’ en kom je niet graag op keuringen waar ook andere Tinker-types rondlopen, dan zou je je kunnen aansluiten bij het I.C.S. Je neemt dan wel het risico dat de I.C.S. ophoudt te bestaan, dit vanwege de eerder
genoemde voorlopige erkenning.
Hecht je geen waarde aan een dergelijk exclusief stamboek, dan lijkt ons aansluiting bij Het Nederlands Stamboek voor Tinkers een voor de hand liggende keuze.
Samenwerking tussen beide stamboeken zou, naar onze mening, een nog betere optie zijn.
Voor wie het nog preciezer wil weten verwijzen wij naar bijgaande publicatie van het PVE (Productschappen Vee, Vlees en Eieren). Het PVE is de autoriteit in Nederland die over stamboek-kwesties beslist.
In Nederland is al geruime tijd een stamboek erkend voor de Tinker en daarnaast is er onlangs een stamboek erkend voor de Irish Cobs. Voor fokkers werkt dit ongetwijfeld verwarrend: dit kunnen we merken aan vragen die ons bereiken.
Al deze commotie is ontstaan rond een paard dat de naam ras (als doelgerichte fokkerij) eigenlijk maar net verdiend. De Ierse Travellers en Engelse Roma zigeuners gebruikten een compact bont paard om hun woonwagen te trekken. Deze rondtrekkende mensen zijn geen schrijvers: dus in het verleden was er geen sprake van een stamboek. Maar ze zijn ook geen fokkers. Als het paard gedekt moest worden, werd gebruik gemaakt van de mogelijkheden die voorhanden waren. En zo zijn er dus allerlei typen ontstaan.
Twee stamboeken: overeenkomst en verschil.
Zowel het Nederlandse stamboek voor Tinkers (NST) als de Irish Cob Society Nederland (ICSN) registreren deze paarden. De rasbeschrijving is bijna gelijk. Het Nederlandse Stamboek voor Tinkers biedt aan alle variaties een onderkomen, namelijk Vanner, Cob, Gray en Scudder. De Irish Cob Society Nederland is alleen erkend om stamboek te houden voor het Cobtype.
Ook in de werkwijze van de beide stamboeken zijn grote verschillen. De Nederlandse stamboeken hebben een bepaalde kwaliteitseis die ze zich zelf opleggen. Deze eisen liggen niet vast in de EG-regelgeving en zijn derhalve ook niet verplicht voor buitenlandse stamboeken zoals de ICS.
Moederstamboek
De Irish Cob Society is in Ierland erkend als stamboek van origine of moederstamboek voor de Irish Cob. Dit stamboek heeft in Ierland een voorlopige erkenning.
Het Nederlandse Stamboek voor Tinkers is in Nederland erkend als stamboek voor origine of moederstamboek voor de Tinker. Nu blijkt dat er ook een stamboek is in een van de landen van origine, ligt samenwerking van beide organisaties voor de hand. Dit is ondanks pogingen van het NST niet gelukt. De Productschappen Vee, Vlees en Eieren kunnen dit niet afdwingen.
Een fokker moet kiezen
Het paspoort van een paard is tevens het officiële Identificatie en Registratie document. Elk paard kan maar één document krijgen. Als u een paard heeft van dit ras, kunt u dus kiezen. Zowel de ICS als het NST heeft een hoofdboek waar het cobtype ingeschreven kan worden. Heeft u een ander type Tinker, dan kan dit alleen in het hoofdboek van de NST ingeschreven worden.
Geen beperking voor het dekken
Als een hengst is goedgekeurd en opgenomen in het hoofdstamboek, zijn andere stamboeken voor hetzelfde ras verplicht dit dier toe te laten voor de fokkerij. Maar in de praktijk zal dit moeilijk toepasbaar zijn door de verschillen in inzicht in de ICS en de NST. Omdat in Nederland (dus ook door de NST) hoge eisen gesteld worden aan de dieren op veterinair gebied, er eisen gesteld worden aan de kwaliteit van het sperma en de keuring gedaan wordt door een onafhankelijke jury zal de uitwisseling van dieren niet zomaar mogelijk zijn.
info afkomstig Tinkerland maandblad
http://www.tinkerland.nlgr Monique