
Huidirritatie door eczeem.
foto door Ellepel.
De Animal Breeding and Genomics Centre van Wageningen Universiteit (WUR) onderzoekt de genetische achtergrond van staart- en maneneczeem. De WUR vraagt eigenaren van Shetlandermerries en IJslandse merries met deze aandoening om hun dieren aan te melden voor deelname aan het onderzoek.
Eerder onderzoek toonde aan dat de gevoeligheid voor staart- en maneneczeem bij Shetland pony’s voor ongeveer 25 procent wordt bepaald door erfelijke factoren. In dit onderzoek werd niet duidelijk welke DNA regio’s de erfelijke factoren bevatten die verantwoordelijk zijn voor de gevoeligheid voor SME. De WUR wil in het nieuwe onderzoek DNA regio’s opsporen om meer inzicht te krijgen in de genetische achtergrond van de aandoening.
Onderzoeker Ir. Anouk Schurink zoekt Shetlandermerries en IJslandse merries met bekende afstamming met SME. Daarnaast is het gewenst, maar niet noodzakelijk, dat de eigenaar ook in het bezit is van één of meerdere Shetlandermerries of IJslandse merries – ook met bekende afstamming – die eveneens deelnemen aan het onderzoek. Bij voorkeur geen IJslandse merries die uit IJsland zijn geïmporteerd. Een veterinair neemt bij de deelnemende merries bij een eenmalig bezoek wat bloed af en noteert te symptomen van staart- en maneneczeem. De WUR gebruikt deze gegevens voor het wetenschappelijk onderzoek. De WUR garandeert de anonimiteit van de deelnemers. Aan deelname zijn geen kosten verbonden.
Mail voor meer informatie naar Anouk3.Schurink@wur.nl