Discussie -> Wat vind jij de juiste aanpak?

Moderators: C_arola, Coby, Nicole288, Dyonne

Toevoegen aan eigen berichten
 
 
AlwaysH

Berichten: 11270
Geregistreerd: 28-10-14
Woonplaats: The Hidden World

Discussie -> Wat vind jij de juiste aanpak?

Link naar dit bericht Geplaatst door de TopicStarter : 09-02-17 19:11

Geen enkel idee of er een actief topic is die deze stelling op deze manier omschrijft, deze heb ik zelf niet kunnen vinden; maar wat vind jij de juiste aanpak?
Ik heb het over dressuurmatig rijden, de basis waaruit je verder kunt komen.

Nu snap ik dat dit een onderwerp is dat vaak genoemd wordt. Wanneer rijd je nou vriendelijk, streng en op welke manier bevorder je deze stijlen?
Krijg je de juiste basis en het correct nageven (plus hierbij het totaalplaatje) vanuit je benen? Handen? Harmonie? Tempo? Tuig? Gezondheid?

Ik ben zelf wel erg benieuwd, omdat elke instructeur en elke instructrice wel wat anders zegt. De een vind kneden vergelijkbaar met zagen, de ander niet. De een vind ophoudingen hetzelfde als begrenzing, de ander niet. Hoe denkt bokt hier over?

Nu maakt het mij echt werkelijk niets uit welk niveau je rijdt, hoe je dit doet en of je het überhaupt doet. Ik ben juist benieuwd naar verschillende meningen, en hoop dat we er wat van opsteken!

Wildgirl

Berichten: 11662
Geregistreerd: 14-11-03
Woonplaats: Drenthe

Link naar dit bericht Geplaatst: 09-02-17 19:21

De juiste aanpak die ik mijn lesklanten meegeef is m.n een aanpak stap voor stap.
De basis is erg belangrijk, zo niet het aller belangrijkste.
Geen enkel paard is in staat om tact, schwung en losheid te tonen indien het niet in staat is een rechte lijn te lopen.
Grappig genoeg kan 80% van de Z ruiters dit niet.

Ik haal veel inspiratie uit de klassieke dressuur maar neem ik mijn lessen ook grondwerk, dubbellonge, buiten rechtuit, springgerichte en balansoefeningen mee.
Hoe hoog je, je handen zet en of je met een westernzadel of dressuurzadel traint is onbelangrijk; het ene paard is het andere niet.
Ik laat zowel paard als ruiter graag zelf nadenken en verwacht van de ruiter een groot anticiperend vermogen. Ik zie wekelijks lessen die vanuit de ''13 uit het dozijn idee'' worden gegeven en geloof me; daar zal uiteindelijk iedereen ongelukkig van worden.
Plezier; bij zowel ruiter als paard is belangrijk.

Edit: ik focus me hierdoor dus ook niet op proefgerichte oefeningen; dat is slechts het aanleren van een kunstje wat weinig moeite zal kosten indien de basis goed is.
Ik heb combinaties welke na een jaar lessen en 0.0 wedstrijdervaring binnen 2 maanden klaar zijn voor de Z qua oefeningen; dat is allemaal niet zo spannend.
Sowieso is het hele ''plaatje'' wat wij Nederlanders elkaar opleggen vanuit de KNHS als zijnde ''correct dressuurpaard'' vol-le-dig misplaatst.

Jeika
Berichten: 2985
Geregistreerd: 20-01-15
Woonplaats: De achterhoek

Re: Discussie -> Wat vind jij de juiste aanpak?

Link naar dit bericht Geplaatst: 09-02-17 19:33

voor mij is het belangrijkst dat ik de basis goed onder de knie heb en correct kan draven, stappen en galopperen, op het juiste tempo, goed actief. dat actieve, heb ik soms moeite mee. in het begin, toen ik marron net verzorgde en ging rijden, was ik niet bezig met nageven/aan de teugel rijden. eerst hem goed leren kennen en de knopjes vinden. toen dat er allemaal even inzat en ik aan hem gewend was, ging ik langzaam werken naar het nageven. dit doe ik door hem zo actief mogelijk te rijden en zijn achterhand goed mee te laten lopen. het lukte, niet perfect, maar het lukte. ik trainde en oefende daar mee door. ook door tussendoor veel grondwerk te doen en veel te longeren met en zonder longeerhulp. tijdens het rijden hou ik lichte druk op twee teugels even veel. en nee, niet zagen of trekken of wat dan ook. gewoon contact houden en heel lichtjes druk geven. dan lukt het nog beter. wat bij mij ook werkt is achteruit rijden en in een keer weer naar voren. nu heb ik wel het geluk dat hij aardig makkelijk nageeft :) als hij zich volledig vastzet in z'n mond als het ware, dan beweeg ik mijn ringvinger iets (1 cm ofzo) en dan ontspant hij zich weer. zo heb ik het altijd geleerd (behalve op de manege dan) en dit werkt voor mij prima. hij loopt er goed om :j

xChanelx
Berichten: 1921
Geregistreerd: 05-04-13

Link naar dit bericht Geplaatst: 09-02-17 19:34

De juiste aanpak vind ik dat je communiceert met je paard en daarin wederzijds respect geeft en vraagt. Dus niet je paard slechts iets opdringen, maar ook niet compleet over je heen laten lopen.

De correcte basis is i.m.o. een ontspannen paard die zichzelf kan dragen. Correct is vanuit de achterhand/de motor gereden en er wordt gekeken naar het gehele lichaam, niet alleen naar het hoofd.

Qua hulpen is dat consequent reactie vragen en krijgen en ik vind dat je daar best eens fel in mag zijn, maar altijd met doel om weer zacht en klein te zijn.
Daarnaast zacht in de hand. Nogmaals: als de focus op het lijf ligt, worden handhulpen/-houdingen plotseling veel minder interessant. Alles wat je aan de voorkant doet om een bepaalde hals-/hoofdhouding af te dwingen, is i.m.o. onzin en heeft niets te maken met paardrijden.

Daarbij is alles afhankelijk van ruiter en paard én tegelijkertijd is het ook weer voor iedereen hetzelfde, als jullie begrijpen wat ik daarmee bedoel.
Het vaste plaatje wat er geschetst wordt, is totaal afhankelijk van halsaanzet tot lengte van het achterbeen en vele andere factoren.

Samengevat: consequent zijn, met respect en een correct bewegend paard, vanuit de achterhand

XavierB

Berichten: 228
Geregistreerd: 11-04-14
Woonplaats: Gent

Link naar dit bericht Geplaatst: 14-02-17 14:15

Een heuse vraag dat een goed onderbouwd antwoord verdient. Persoonlijk gebruik ik Westerse Traditionele Paardenkunst, wat duidt op een amalgaam aan methodes die onze westerse beschaving heeft voortgebracht in ons pre-industrieel verleden. Het omvat zaken zoals traditionele dressuur, vaquero/buckaroo horsemanship, middeleeuwse rijkunst en gineta rijkunst.

Dit niet vanuit een gevoel van eclectisisme, maar omdat ik heb gemerkt dat vele technieken, principes en kwaliteiten waarnaar men streefde in feite zeer gelijklopend en analoog waren. Meer informatie kan je vinden op mijn webstek: http://www.equestris.weebly.com. Om toch wat bij te dragen aan de discussie,wil ik graag wat kernpunten van een goede paardenmethodologie stipuleren:

- doel van de rijkunst: Eenheid. Hoe je het ook bekijkt en wat je ook wilt doen met een paard. Iedere ruiter hoopt om het paard te bewegen al ware het zijn eigen lichaam. In feite is die ambitie niets meer of minder dan het nastreven van een fysieke eenheid tussen ruiter en paard, wat op zijn beurt een mentale eenheid vereist. De manier waarop die eenheid zich manifesteert kan verschillen onder ruiters, de een hoopt zo een lichaam te bewegen over een obstakel, de ander langs een pad in de wijde buitenlucht. Maar in essentie onderpint die eenheid alle toepassingen die mensen met hun paard voor ogen hebben.

Dit idee is overigens ook niet nieuw. Het komt onder een of andere gedaante steeds naar boven in de diverse paardentradities. Een mooi voorbeeld is vroeg zestiende-eeuwse Baldassare Castiglione, de befaamde auteur van het boek de 'hoveling', die paardenkunst als de ideale methode aanduidde om 'sprezzatura' oftewel 'natuurlijkheid' te leren. Hij claimde natuurlijkheid als de centrale deugd van de edelman en duidde daarmee op hoe de edelman erin moet slagen om de meest complexe zaken te bemeesteren al ware het de meest natuurlijke zaak in de wereld. Het was net de paardenkunst waarin dit principe het best tot uitdrukking kwam. De ruiter moest zijn paard in perfecte eenheid kunnen berijden zodat het absoluut natuurlijk overkwam, met andere woorden een expressie van ware eenheid.

Dit concept is niet verloren gegaan in latere tradities - Castiglione kan gezien worden als een uitvloeisel van de middeleeuwse rijkunst - daar Franse dressuurmeesters zouden spreken in dezelfde zin over 'grace' of een buckaroo meester als Ray Hunt sprak over Unity.

- Organische methodologie: Een trainingsmethode voor paarden moet 'organisch' zijn. Waarom? Wel simpelweg omdat het paard een organisme is en iedere zinvolle methode moet beogen die realiteit te beïnvloeden om tot de vooropgestelde doelstellingen te komen.

'Organisch' betekent ten eerste dat de fysieke training niet kan gestoeld zijn op 'mechansich lineaire principes'. Daarmee bedoel ik dat paarden niet werken als een soort radertjes waar het ene radertje het andere zal aansturen. De methode moet veeleer inspelen op de eigenlijke biomechanica van het paard, dat is de complexe interactie van spieren en ligamenten die het skelletaal stelstel van het paard in beweging zetten. Bijvoorbeeld het begrijpen hoe we door gebruik van biomechanica paarden over de rug kunnen doen lopen, maar ook hoe zo een methode dient te variëren afhankelijk van het paard en type paard waarmee je werkt.

Daarnaast betekent 'organisch' dat een trainingsmethodologie ook rekening dient te houden met de mentale dimensie van paarden. Paarden hebben immers heel wat gedragingen die zij leren aanpassen in hun interactie met mensen. Paarden zijn bijvoorbeeld vluchtende prooidieren, een vluchtgedrag dat paarden snel wantrouwig en angstig maakt en uiteindelijk leidt tot een vluchtinstinct. Wat meer is, je kan de fysieke en mentale dimensies van paarden ook niet afzonderlijk beschouwen. Fysieke ontspanning bijvoorbeeld kan zich nooit ontwikkelen zonder mentale ontspanning. Een wantrouwig of angstig paard zal zich bijgevolg opspannen en weinig fysieke trainingstechnieken zullen hier soelaas bieden. In dat opzicht is het soms verbijsterend dat vele methodologieën veel te zeggen hebben over de fysieke ontwikkeling van het paard, maar vrijwel geen structurele benadering hebben voor het gedrag van paarden.

Ten slotte betekent 'organisch' communicatie. Hoewel vaak met deze term wordt gedweept, steunen veel mechanischere methodes op het fysieke effect van een fysieke kracht of druk. Hoewel dit vaak effectief is, is het zelden efficient. Het punt met communicatie is echter dat het dient aangeleerd te worden. Enerzijds begrijpen paarden niet de signalen die wij ze uitsturen, maar kunnen dit wel aanleren met behulp van hun natuurlijk associatieve leerprocessen. Anderzijds moeten wij leren openstaan voor de signalen die paarden ons toezenden, maar tevens die signalen correct leren interpreteren (wat ik aanduid als 'feel').

Ik wil tevens opmerken dat hoewel deze uitleg zeer modern mag lijken, gebruik makend van wetenschappelijke terminologie, deze benadering feitelijk traditioneel is. De traditionele dressuur is hier een uitmuntend voorbeeld van. Vrijwel ieder werk van de hand van een traditionele dressuurmeester begon met een beschrijving van het paard in zowel anatomische als gedragsmatige termen (hierbij maakte men vaak gebruik van de 'humoresleer' als interpretatiekader). Daarenboven blijkt het gebruik van een aangeleerde communicatie duidelijk uit onder meer het werk van de la Guerinière, L'Ecole de cavalerie. Hierin beschrijft hij de teugelvoering voor de bithulp door te wijzen op de overgang van le main légère naar le main doux tot le main dur, een proces dat niet meer is dan operant conditioneren met aversieve stimuli, een vorm van associatief leren.

- variabel: Een organische methode dient impliciet variabel te zijn, zowel tussen paarden als binnen paarden. Verschillende paarden hebben variaties in zowel hun biomechanica als in hun gedrag en ook binnen ieder paard zal je variëteit vaststellen. Daarnaast gaat paardentraining vaak over het balanceren van diverse kwaliteiten tegenover elkaar, veeleer dan een serie aan kwaliteit (een 'schaal') waar de ene kwaliteit de andere zal bestendigen.

In die zin vindt ik rigide trainingsschalen, uniforme methodes of technieken steeds een ogenschijnlijk vreemd gegeven. Het concept Voorwaarts-neerwaarts is hiervan een mooi voorbeeld. Werkt deze techniek, tuurlijk, bij sommige paarden, waar ze bij andere net nefaste uitwerking zal hebben. Warmbloed type paarden bijvoorbeeld hebben langere ruggen, dat wil bijgevolg ook zeggen dat zij meer dragende kracht vereisen om die rug dragend te maken vergeleken met paardentypes met kortere ruggen (dat is elementaire fysica). Bij sommige warmbloeden zal een grote strekking van de hals, met daaropvolgende activatie van de bovennekspieren noodzakelijk blijken. Anderzijds bij paarden met korte ruggen en hoog ingeplante nekken (arabieren bijvoorbeeld) zal een vergelijkbare techniek het gewicht zodanig op de voorhand verplaatsen dat het paard ernstige ballansproblemen ontwikkeld. In dat geval zal een goede voorwaartse, maar zonder de neerwaartse, strekking voldoende blijken. Dergelijke voorbeelden kunnen vrijwel voor ieder element van de paardentraining worden aangehaald en zij tonen aan dat een methodologie geen structurele rigiditeit dient te impliceren, maar net variabel behoren te zijn.

- adaptief: Variabel betekent niet eclectisch, in de zin dat wanneer je diverse methodes random naast elkaar uitvoert, dat je training zal bevorderen. Een dergelijke beschouwing leidt zelfs vaak tot een methodologisch relativisme in de zin dat iedere methodologie wel correct zal zijn. Welke techniek je toepast hangt af van welke realiteit je in je paard wil beïnvloeden en hoe die realiteit zich in je paard manifesteert.

Dat brengt ons terug op communicatie en dan vooral de wederkerende pijl van communicatie, namelijk ons vermogen om de gehele mentale en fysieke toestand van onze paarden te percipieren op ieder gegeven moment, een kwaliteit die ik als 'feel' aanduid. Op basis van die informatie kunnen wij immers bepalen welke kwaliteit moet bevordert worden en welke techniek uit ons variabel trainingsarsenaal wij daartoe kunnen aanwenden.

- principes gebruiken om kwaliteiten te bouwen: Het streefdoel van een algemene trainingsmethodologie kan dus onmogelijk steeds dezelfde 'vorm' voor ieder paard nastreven, maar dient zich te richten op onderliggende kwaliteiten. Ik benoem die kwaliteiten als: vertrouwen en ontspanning, connectie, impulsie, rechtheid en verzameling. Die kwaliteiten worden opgebouwd door een organische trainingsmethodologie die gebruik maakt van de principes die verankerd liggen in de realiteit van het paard.

Zoals reeds gestipuleerd zal je zo communicatie, wat wordt opgebouwd in de kwaliteit connectie, bestendigen door gebruik te maken van het principe van associatief leergedrag. De meeste hulpen, onze communicatiekanalen, aan met behulp van operant conditioneren met aversieve stimuli, terwijl andere hulpen worden aangeleerd door gebruik te maken van klassiek conditioneren (het gaat dan om hulpen waar je geen druk kan verhogen, zoals bijvoorbeeld de zit- of de teugelhulp).

Niet enkel zijn deze kwaliteiten op zich belangrijk, maar ook hoe zij op elkaar inwerken. Dat gebeurt zelden op een lineair causale, oftewel mechanische, wijze. Kwaliteiten vormen vaak een soort balans met elkaar. Laat mij toe dit te illustreren met een voorbeeld uit de fysieke training. Kwaliteiten zoals fysieke ontspanning (een onderdeel van vertrouwen en ontspanning), impulsie en rechtheid hebben een versterkend effect op elkaar. Je hebt bijvoorbeeld een paard dat wat achter het been is en wil zijn rechtheid bevorderen. Hij is al gevorderd in basisrechtheid, dus je vangt je lateraal werk aan met de schouder-binnen oefening. Die dient vooral om kracht en positionering van het binnen achterbeen te bevorderen. Nu wanneer je de schouder binnen licht vraagt voor enkele stappen zal je merken dat het paard zijn tempo (dat is de paslengte) inkort. Met andere woorden hij boet wat in aan impulsie. Je merkt dit op (feel) en bestendigt wederom een goede impulsie. Omdat dit vrij inspannend is voor het paard, zal hij vaak ook op sommige plaatsen beginnen opspannen, je bestendigt dus ook wederom een strekking doorheen zijn lichaam, wat neerkomt op fysieke ontspanning. Pas wanneer de kwaliteiten wederom in ballans zijn, ga je verder door de schouder-binnen wat meer te vragen tot die keurig op drie paden loopt.

Uiteindelijk leidt het samenspel van deze drie fysieke kwaliteiten, fysieke ontspanning, impulsie en rechtheid tot Schwung, wat een gecombineerde fysieke kwaliteit is die voortvloeit niet enkel uit de voornoemde kwaliteiten op zich, maar ook uit de harmonie tussen hen.

- menselijke kwaliteiten: theorie en praktijk: Hoewel we het vaak hebben over de kwaliteiten van het paard, zijn de kwaliteiten van de mens die deze kwaliteiten moeten bestendigen minstens even belangrijk. In die zin spreek ik over een goede wil, een wijheid, feel, maat en ballans.

Belangrijk om hier te stipuleren is dat een goede methodologie theorie en praktijk niet als tegengestelden beschouwt. Zoals Alois Podhaisky van de Spaanse Rijschool, terugverwijzend naar zijn voorganger Von Weyrother, opmerkte: theorie zonder praktijk is zinloos, praktijk zonder theorie is betekenisloos.

Uiteraard zijn praktijkkwaliteiten zoals feel, maat en ballans essentieel. De paardenkunst is immers een praktische kunst. Zij vereisen echter een degelijk inzicht in de realiteit van het paard. Het is immers kennis en inzicht in de realiteit van het paard veeleer dan opinies, ervaring of emoties van mensen waarop een degelijke methodologie steunt mijn inziens. Wanneer feel gaat om de correctie perceptie van het paard, dan is het enkel de toepassing van ons inzicht in onze perceptie dat het correct maakt. Wanneer maat gaat om het correcte doen op het correct moment, dan is het wederom inzicht toegepast in onze handelingen die de correctheid bepaalt.

Dat behoren volgens mij de kernpunten van iedere degelijke methodologie te zijn.